Wijncolumn: Frank Smulders
Mijn goede vriend Karel de Graaf, nooit te beroerd de knuppel in het hoenderhok te gooien, heeft onlangs in het openbaar de vraag gesteld hoe wijnhandel en pers het in Nederland eendrachtig voor elkaar hebben gekregen de consument tot zo’n laag kwaliteits- en prijsniveau te brengen als het gaat om het aankopen en drinken van wijn. Zijn antwoord was: een gebrek aan opleiding. Speelt zeker een rol.
Maar zelf benader ik het liever vanuit een andere invalshoek:
Mijn goede vriend Karel de Graaf, nooit te beroerd de knuppel in het hoenderhok te gooien, heeft onlangs in het openbaar de vraag gesteld hoe wijnhandel en pers het in Nederland eendrachtig voor elkaar hebben gekregen de consument tot zo’n laag kwaliteits- en prijsniveau te brengen als het gaat om het aankopen en drinken van wijn. Zijn antwoord was: een gebrek aan opleiding. Speelt zeker een rol.
Maar zelf benader ik het liever vanuit een andere invalshoek: het eeuwige gemekker over prijs-kwaliteitsverhouding is volgens mij de hoofdschuldige. Uiteraard is prijs een factor om rekening mee te houden, maar ik constateer tegelijkertijd een aantal belangrijke punten waar het gaat om prijs en kwaliteit.Ten eerste valt het mij op dat heel veel mensen eigenlijk geen idee hebben van echte kwaliteit bij wijn. Ik weet heus wel dat topwijnen vandaag de dag niet bepaald goedkoop zijn, maar als je je als wijnliefhebber of wijnprofessional een mening wilt kunnen vormen over de kwaliteit van wijn, laat staan deze ook nog luidkeels te ventileren, dan lijkt het me toch echt een vereiste om enige ervaring te hebben met het proeven van echte topkwaliteiten. Ik constateer steeds weer dat zeer weinig mensen in Nederland die ervaring hebben, laat staan kwaliteit ‘blind’ herkennen.
Ten tweede wordt de mantra prijs-kwaliteitsverhouding door handel, horeca en consument tegelijk, veel te vaak gebruikt om het gebrek aan kwaliteit in wijn goed te praten. Ook het nooit of weinig drinken van echt goede wijnen wordt hiermee weg geredeneerd, aangezien deze per definitie ’ te duur voor wat het is’ worden verklaard. Een ergerlijke opstelling, vooral als je beseft dat men deze te dure wijnen nooit proeft. Dus waarop die waarneming dan gebaseerd is, blijft mij een raadsel.
Ten derde wordt het tot bijbelse proporties uitgegroeide woord ‘prijs-kwaliteitsverhouding’ door velen inmiddels synoniem gezien aan ‘kwaliteit’. Matige wijn wordt als ‘goed’ beoordeeld, maar als je daar dan over doorvraagt, blijkt men te bedoelen ‘goed voor de prijs’. En dat is heel iets anders.
Ik ben er van overtuigd dat door het steeds maar hameren op prijs-kwaliteitsverhouding, eerst door de wijnhandel, daarna door iedereen, de kwaliteit van wijn in Nederland in een neerwaartse spiraal is beland. Ik stel dan ook voor dat wij, als neem ik aan wijnminnend deel van Nederland, het PKV woord nu definitief naar de vuilnisemmer van het wijnjargon verbannen. Weg ermee, niet meer over hebben. Dan kunnen we de dingen eindelijk weer gewoon bij de naam noemen, troep ‘troep’ noemen, en het woord ‘top’ reserveren voor echte top, en niet voor gunstig geprijsde middelmaat. Dank U.
Vandaag is voor de 14e keer de belangrijkste internationale wijnbeurs voor professionals ter wereld van start gegaan: Prowein in Dusseldorf. Kon men in 1994 nog slechts 321 exposanten welkom heten en ruim 1500 bezoekers, anno 2007 is het aantal exposanten meer dan het dubbele van het aantal bezoekers van indertijd (3.041). En ook qua bezoekers verwacht Monika Kissing van de Messe dit jaar aanzienlijk meer bezoekers dan de ruim 32.000 van afgelopen jaar.
Nieuw! Argentijnse wijn voor de welgestelde homo.
Adi is weer beter
Zet een vrouw tijdens een romantisch diner een glaasje Cahors voor van een recent oogstjaar en zij zal je met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid trakteren op een zuur gezicht.
Het was te voorspellen. Er lijkt altijd wel onenigheid rond de Kaefferkopf in Ammerschwihr. En dat is dan zeer diplomatiek uitgedrukt. Nu die wijngaard na jaren van procedurele verwarring eindelijk zijn fel begeerde en zwaar bevochten status van Alsace Grand Cru binnengehaald heeft, is het weer niet goed. Eigenaars van percelen die bij de recente afbakening van de cru door het INAO buiten de boot vielen, vechten de geldigheid hiervan nu aan bij de rechtbank in Colmar. In totaal gaat het om 15 hectare van 37 eigenaars. De klagers vrezen verlies van inkomsten, omdat ze de prestigieuze naam niet meer voor hun wijnen mogen gebruiken. Als juridisch argument voor hun zaak voeren ze historisch verworven rechten aan, gebaseerd op een eerdere afbakening uit 1932. De rechter zal op 5 maart uitspraak doen.