Achtergrond & Interviews Archives - Pagina 17 van 57 - Perswijn

Achtergrond & Interviews

Achtergrond & Interviews

Proeven met de Commanderie de Bordeaux

De bijeenkomsten van de Commanderie de Bordeaux aux Pays-Bas staan altijd garant voor een paar zaken: enige vorm van plechtigheid, mooie Bordeaux en veel gelijkgestemde liefhebbers in de proefzaal. Een mix die altijd voor veel proefplezier en aangename persoonlijke interactie zorgt.

Gezellige drukte bij de proeverij

Het thema: Margaux

Plaats van handeling was sociëteit ‘de Maas’, een prachtige, in Jugendstil gebouwde, roei- en zeilverening op een steenworp afstand van restaurant het Wereldmuseum. Een locatie passend bij de wijnen die te proeven waren. Gastheer ‘Grand-Maître’ Hub. Harmeling liep dan ook met gepaste trots tussen de aanwezige commandeurs en hun gasten om iedereen kort persoonlijk te verwelkomen. Vooraf waren de commandeurs al met het gebruikelijke enthousiasme uitgenodigd hetgeen resulteerde in een druk bezochte en geanimeerde proeverij. Een compliment waard. Het is, natuurlijk, prettig uitnodigen als je kijkt naar de selectie wijnen die te proeven waren voor de aanwezigen. Het bestuur van de ‘Commanderie de Bordeaux aux Pays-Bas’ had er voor gekozen een aantal châteaux uit de appellation Margaux uit te nodigen. Achter de tafels stonden in de meeste gevallen leden van de commanderie. Daarnaast waren er twee ‘wijnboeren’ aanwezig. Marc Verpaalen voor Neerlands trots Giscours en du Tertre en Jérôme Héranval voor Durfort-Vivens. De overige aanwezige huizen waren: Monbrison, la Gurgue, Ferrière, Vivens (par Durfort-Vivens), Cantenac Brown en Prieuré-Lichine.

Marc Verpaalen - Giscours en du Tertre

Grote diversiteit

Alle châteaux lieten de jaargangen 2012 en 2014 proeven. Op papier een interessante vergelijking, omdat 2012 een slecht jaar leek te worden. Daar waren veel wijnmakers en vooral journalisten het over eens. We kunnen concluderen dat het inderdaad geen topjaar is, maar het is te kort door de bocht om alle wijnen integraal af te schrijven. Dat bleek al snel bij het proeven. Het andere jaar, 2014, ging juist de boeken in als een mooi jaar. ‘Klassiek’ wordt het dan genoemd. Niet een van de grootste jaren, maar er zijn heel veel aantrekkelijke wijnen gemaakt. In 2012 gooide heel veel regen roet in het eten, halverwege de zomer was het erg heet en daarna werd het in oktober weer snel slechter. De opbrengsten waren over het algemeen erg laag. 2014, aan de andere kant, was juist uitzonderlijk koel in juli en augustus. Maar een droge en warme september en oktober zorgden er in veel wijngaarden toch nog voor dat de druiven over het algemeen goed rijp werden. Generaliserend kun je zeggen dat 2012 wat lichter is. Slanker, soms zelfs een tikje aan de dunne kant, met veel rood fruit. Liefhebbers van wat rijkere en stevigere wijnen kozen al snel voor 2014. Die wijnen waren over het algemeen wat rijper en rijker.

Bewaren of drinken?

Met het oog op de redelijke prijzen rijst de vraag: zijn er wijnen bij die de kelder in kunnen? (Voor mijzelf des te meer omdat mijn kinderen in die twee jaren zijn geboren, maar dat terzijde.) Het antwoord kan heel kort ‘niet echt’ zijn. Aan de andere kant bieden deze wijnen juist op het moment heel veel drinkplezier. De prijzen zijn, voor Bordeaux, nog aan de redelijke kant dus er lijkt alle reden te zijn om toch wat Margaux aan te schaffen voor gelegenheden die vragen om klassieke klasse. Het zijn door hun drinkbaarheid ook wijnen die heel goed tot hun recht komen in restaurants.

De wijnen

Cantenac-Brown 2014

Breed en stevig, pruimen, verleidelijk, lengte, donker, kaneel, pruimen, rijkdom, warm.

16+

Durfort Vivens 2014

Braam, pruimen, zwarte bes, donker, krachtig, koffie, souplesse en kracht, geen toonbeeld van elegantie, maar heel smakelijk.

15.5

Durfort Vivens 2012

Rode kers, bessen, sap, frisheid, zuren, braam, ietsje slanker, aangenaam.

15-

Du Tertre 2014

Bosfruit, pruimen, stevig, donker, kracht, lengte, sap, heerlijk rond en verleidelijk, lengte, heel lekker.

16.5

Du Tertre 2012

Rood fruit, aardbei en kers, wat lichter, maar ook mooie rijpheid, frisheid, zwoele finale.

15+

Ferrière 2014

Bosfruit, bramen en bosbes, steviger en voller, wat koffie, pruim, duidelijke tannine, structuur en een goede lengte.

15

Ferrière 2012

Open, redelijk krachtig, rood fruit, kersen, aardige lengte, lichtvoetig, wat onevenwichtig.

14.5

Giscours 2014

Braam, pruimen, vijgen, donker, zwarte bes, tannine, structuur, kracht, lengte, heerlijk.

17-

Giscours 2012

Zwarte bes, pruimen, zuren, frisheid, heerlijk sap, balans, stevig maar niet te zwaar.

15.5

Monbrison 2014Veel bosfruit in de geur, ook in de smaak bramen, zwarte bessen en wat pruimen. Vrij rijk en zwoel, wat breder en krachtiger met een aangename lengte.

15-

Monbrison 2012

Rode bes en aardbei, in de aanzet wat slank, stevige zuren, wel aangename liengte, opwekken, maar niet heel  overtuigend.

14+

La Gurgue 2014

Bramen en zwarte bes, rijpe kersen, rode bes, mooi rijp en wat steviger, vrij gul, aangename lengte.

14.5

La Gurgue 2012

Framboos en rode bes, kersen, aardbei, ook wat lichter en slanker, weet niet helemaal te overtuigen.

14

Prieuré-Lichine 2014

Kers, rode bes, rijp, rood fruit, taninne, krachtige stijl, mooi donker, verleidelijk, warm en zacht, maar ook een heerlijke frisheid.

16

Prieuré-Lichine 2012

Rode kers, aalbes, aardbei, ietsje slanker, zuiver, elegantie, frisheid, elegant, heel aantrekkelijk.

15.5

Vivens (Par Durfort Vivens) 2014

Kersen, bramen, lekker donker en stevig, boers en smakelijk.

14.5

Vivens (Par Durfort Vivens) 2012

Aardbei, kers, rode bes, framboos, iets scherpte na, stevige zuren, opwekkend fris.

14

Tekst en foto’s: Sjoerd de Groot

Achtergrond & Interviews

Archetypen in de wijn – proefnotities bij Sancerre Monts Damnés

In het laatste deel van de serie Archetypen in de wijn in de gedrukte versie van Perswijn kwam de druif sauvignon blanc aan bod. Als archetype heb ik gekozen voor de witte Sancerres uit de beroemdste lieu-dit van de appellation Sancerre: La Côte des Monts Damnés. De wijngaarden op die prachtige zuidhelling op kalkmergels van het Kimmeridgien geven de waarschijnlijk krachtigste witte wijnen van Sancerre. En de beste daarvan gaan heel lang mee, veel langer dan we van Sauvignon blanc gewend zijn.


Ik heb de volgende vijf emblematische wijnen van Les Monts Damnés mogen beoordelen en met elkaar kunnen vergelijken. Een heel boeiende exercitie, want alle wijnen zijn van (heel) hoog niveau en de stijlverschillen zijn (soms) opmerkelijk. Ik kan u deze wijnen hoe dan ook zeer aanbevelen; dit is klasse Sancerre die laat zien waarop de roem van de appellation gebaseerd is.

Bailly-Reverdy, Sancerre Les Monts Damnés 2014

ingetogen fruitig, grapefruit, wat vuursteen, hint kruidigheid  | nog gesloten van geur maar je merkt de kracht, aards, mineralig, zeer lang | heel gave wijn met enorme structuur en lengte voor sauvignon. 17/20 punten

importeur/verkoper: Résidence Wijnen/De Gouden Ton Groep, € 29,99

Paul Prieur et Fils, Sancerre Monts Damnés 2013

het jaartje extra t.o.v. Bailly-Reverdy 2014 is duidelijk in de iets ontwikkelde geur | nog compact, vuursteen, wat toast, rode grapefruit, rijpe kruisbessen maar niet stuivend, ingehouden power | intens en krachtig, mooie structuur weer, niet sterkste jaar waarschijnlijk maar heel goed en heel typisch Monts Damnés. 16,5/20 punten

importeur: Kwast Wijnkopers, ca. € 26,50

Gérard Boulay, Sancerre Monts Damnés 2014

minder fris dan Bailly-Reverdy, heeft zeker iets klassieks en traditioneels in de geur, warme stenen, rijpe kruisbessen en wat grapefruit, ook zeste, compact als Monts Damnés is | ook smaak is traditioneel, wellicht minder ‘schoon’ dan andere producenten, maar lekker authentiek, met veel inhoud, kracht en iets warmte, met ingebonden zuren en goede lengte. 16/20 punten

importeur: Wijn van Joop, € 22,35

Henri Bourgeois, Sancerre Le MD de Bourgeois 2014

behoorlijk expressief, duidelijk meer tropisch fruit dan andere Monts Damnés, heel schoon, met ook vuursteen, grapefruit, hint passievrucht en mango | ook smaak heel schoon, mooie structuur, fris, ‘moderner’ dan andere, maar ook hier de compacte kracht van Monts Damnés, onderliggende warmte. 16/20 punten

importeur: Vinites, ca. € 27,00

Pascal Cotat, Sancerre Les Monts Damnés 2014

aanvankelijk heel gesloten vergeleken bij Bourgeois, daarachter rijpe, pure sauvignon en aardsheid, met hint amandelen | ook smaak heel anders dan van de anderen, met (veel) rijper fruit, dat gaat richting overrijpheid en passerillage (indroging aan stok), beetje honing, bijenwas en noten, ook gekonfijte grapefruit | eigenzinnige, grote wijn met prachtige zuren, natuurlijke kracht en enorme diepgang. 17,5/20 punten

importeur: Janselijn Wijnen, € 33,50

Tekst en foto’s: Lars Daniëls

Achtergrond & Interviews

Master of Wine worden, zo doe je dat (deel 2)

Marije Bockholts wil Master of Wine worden. Begin september is ze tot de opleiding toegelaten die als de zwaarste ter wereld geldt. Haar eerste kennismaking met wat haar de komende jaren te wachten staat, zit erop. Op de site van Perswijn zal Marije de komende tijd verslag uitbrengen van wat haar zo al overkomt tijdens haar studie. In deze eerste aflevering maken de lezers kennis met haar en vertelt zij over haar eerste bezoek aan Londen.

Essay schrijven

De eerste introductie in Londen zit erop en ik weet ondertussen beter wat mij te wachten staat. Dat is vooral studeren. Nee, heel veel studeren. Daarnaast mag ik natuurlijk de huiswerkopdrachten niet vergeten. Terug uit Londen mag ik gelijk aan de bak, want de deadline van het eerste huiswerk is al meteen de volgende dag. Ik heb de keuze uit verschillende vragen en over één van deze vragen moet ik een essay schrijven. De bedoeling is een essay van ongeveer duizend woorden. De feiten onderbouw je met goede voorbeelden. Tijdens het examen krijg je voor zo’n opdracht een uur tijd. Het advies is om deze tijd ook bij het huiswerk aan te houden. Misschien dat ik daar de eerste keer toch maar van afzie. Wat extra tijd om research te doen lijkt me zinvol om een zo goed mogelijk resultaat in te kunnen leveren.
Marije Bockholts
Ja, en dan heb je de keuze gemaakt voor het onderwerp… maar hoe verder? Het begon bij mij met staren naar een wit papier. Waar moet ik beginnen? Wat is relevant? Welke interessante voorbeelden heb ik al die ik kan gebruiken? Help! Misschien toch maar wat research doen. De vraag die ik gekozen heb, gaat over wie er geld verdient in de wijnwereld. Het eerste wat mij te binnenschiet, is een opmerking die tijdens een van mijn eerste wijncursussen werd gemaakt: “De manier om een klein fortuin te verdienen in de wijn is om met een groot fortuin te beginnen”. Maar dat is vast niet het antwoord waarnaar ze op zoek zijn bij deze vraag.

Na een paar keer opnieuw beginnen, lukt het me uiteindelijk om een essay op papier te krijgen. Vooral de voorbeelden vind ik lastig. Ik wil een voorbeeld geven van een wijngaard die een combinatie zoekt met toerisme. Maar omzetcijfers hiervan heb ik helaas niet. Verder vind ik ook de markt van de Franse eiken vaten een interessant voorbeeld. Hierover vind ik vooral cijfers van de totale industrie. De voorbeelden die ik heb, zijn dus misschien niet gedetailleerd genoeg. Ik vind het een poging waard om het wel met deze voorbeelden in te leveren en te kijken wat de reactie zal zijn. Na mijn research schrijf ik het essay binnen een uur. Niet helemaal tevreden besluit ik het toch maar in te leveren.  Ik ben benieuwd naar de feedback over de gekozen voorbeelden. Het is geduld oefenen, want ik mag vier weken wachten voordat ik de terugkoppeling op mijn essay krijg.Zo’n vier weken later zit ik in de trein naar Rotterdam voor een mooie lunch en zie ik op mijn telefoon een mail binnenkomen met als onderwerp: ‘assignment result’. Ik moet heel even moed verzamelen voor ik de mail open. Gelukkig heb ik een magnum Hirtzberger Honivogl bij me om mijn verdriet te verdrinken mocht de kritiek genadeloos zijn. De aanzet van de feedback begint wel geruststellend: het is pas de eerste opdracht en er is nog niet veel uitleg gegeven over hoe de essays geschreven moeten worden. Ik moet dus niet te zwaar tillen aan het resultaat. Verder lezend komen de kritiekpunten. Een van die punten had ik wel verwacht: mijn voorbeelden waren nog niet gedetailleerd en concreet genoeg. Daarnaast mocht het allemaal wel iets uitgebreider. Daarmee werd mijn uiteindelijke resultaat een D, nog niet genoeg om het examen te halen. Werk aan de winkel dus, vooral om betere en gedetailleerdere voorbeelden te verzamelen. Hoewel ik met dit eerste essay dus onvoldoende gescoord heb, ben ik niet helemaal ontevreden. Ik weet nu beter hoe ik met de voorbeelden moet omgaan. Maar dat mag nog even wachten. Ik ga eerst genieten van die Honivogl, heel veel mooie andere wijnen, een heerlijke lunch, en niet onbelangrijk, van goed gezelschap. Want dat is waar het bij wijn uiteindelijk toch om gaat. Ook bij mij.

(Wordt vervolgd.)

Marije Bockholts

Achtergrond & Interviews

Pascal Jolivet (Sancerre)

“Wijn maken is gezond verstand gebruiken”Pascal Jolivet is een grote speler in Sancerre en heeft ook de nodige wijngaarden in het gebied van Pouilly-Fumé en in Touraine. Enigszins in tegenstelling tot mijn verwachtingen, zijn zijn wijnen heel puur en niet getruct. “Wijn maken is je gezond verstand gebruiken”, is zijn motto.

Pascal Jolivet

Verdieping in Sancerre

Ik heb een zwak voor sauvignon blanc en daarom ben ik blij me de laatste tijd te hebben kunnen verdiepen in Sancerre. Want dat is de waarschijnlijk beroemdste herkomstbenaming voor wijnen van die druif. Die verdieping culmineerde in een stuk over Les Monts Damnés als een archetype Sauvignon, voor de binnenkort verschijnende editie van Perswijn (nummer 8 van 2016). Maar ze begon met een ontmoeting met Pascal Jolivet, die een tijdje terug met zijn Nederlandse importeur, Jacobus Boelen, in Hotel de l’Europe in Amsterdam hun 25-jarige samenwerking vierde.

Sancerre

De wetenschap van sauvignon blanc

Eerst even over sauvignon blanc. Deze wereldwijd inmiddels zeer populaire druif (8e variëteit ter wereld qua aanplant) stamt hoogstwaarschijnlijk uit Midden-Frankrijk, gezien het feit dat een van zijn ouders savagnin (traminer) is en een van zijn broers chenin blanc heet. Belangrijker dan dat is dat sauvignon blanc de wetenschappelijk waarschijnlijk best onderzochte druif ter wereld is, met name wat betreft zijn typerende aroma’s. Naast de tonen van groene paprika, waarvoor twee pyrazines verantwoordelijk zijn, gaat het daarbij vooral om vluchtige zwavelhoudende verbindingen, die thiolen heten. Eentje kan wijnen van sauvignon blanc een geur van vuursteen geven (benzeenmethaanthiol), drie andere zijn verantwoordelijk voor geuren variërend van buxus en zweet (4MMP) tot grapefruit (3MH), passievrucht en mango (3MHA). De voorloperstoffen van die thiolen zijn van nature in meer of mindere mate aanwezig in de druiven van sauvignon blanc, maar hun ‘bevrijding’ (en daarmee de synthese van de geurige thiolen) kan wel degelijk gestimuleerd worden door de œnologie. Koele inweking voor de vergisting en die laten plaatsvinden in een reductief milieu, met behulp van speciaal voorgeselecteerde gisten met enzymen die specifiek zorgen dat extra veel voorloperstoffen van thiolen vrijkomen, zijn inmiddels gemeengoed bij het maken van in zijn jeugd al zeer expressieve Sauvignon blanc. Die wordt dan ook zeer jong gedronken en –het moet gezegd worden– kan vaak ook niet goed ouderen; het is alsof dat soort wijnen hun kruit al in hun jeugd verschieten.

De cave

Niet getruct

Mensen die Sauvignons willen maken met een niet geforceerd aroma en meer Ausdauer zijn er natuurlijk ook nog genoeg. En Pascal Jolivet is er daar een van, al vanaf het begin van zijn bedrijf in 1990. “Ik heb nooit speciaal voorgeselecteerde gisten en enzymen gebruikt”, vertelde hij in Amsterdam. Iets dat ik eerlijk gezegd niet had verwacht, gezien de omvang en bijkomende commerciële belangen van zo’n grote producent (met 42 hectare in Sancerre en 8 hectare in Pouilly-Fumé), die ook behoorlijke volumes ‘eenvoudige’ Touraine Sauvignon maakt (van nog eens 60 hectare in Touraine). Maar Jolivet, een intelligente man met internationale visie, kon het heel simpel uitleggen: “Wijn maken is gewoon je gezond verstand gebruiken. Ik wil spontaan vergisten, dus ik klaar de most nauwelijks voor (dan bevat deze meer voeding voor de gisten, red.). Vergistingen kunnen wel 4 maanden duren, maar daardoor zijn de zuren heel goed ingebonden. Ook al komt deze zelden voor, een eventuele malo blokkeren we niet. We laten de wijn zijn eigen natuurlijke balans vinden”.

Caillottes, terres blanches, silex

Puurheid, sap en balans

En de wijnen maken zijn woorden waar. Om een paar karakteristieke eigenschappen te noemen: ze vallen op door puurheid, sap en balans. Het zijn Sauvignons die je wilt drinken, van zijn Touraine genaamd Attitude tot zijn hogere cuvées uit Sancerre en Pouilly-Fumé (voor het hele assortiment kijk op www.jacobusboelen.nl of op www.pascaljolivet.com). Ik heb er een aantal uitgelicht (de sterren geven mijn persoonlijke waardering aan), te beginnen met zijn basis-Sancerre uit 2015 ****. Dit betreft een blend van wijnen van de drie hoofdterroirs van Sancerre, te weten caillottes (bodems met veel kleine kalkstenen op kalksteen), terres blanches (kleirijke kalkmergels uit Kimmeridgien) en silex (bodems met veel vuurstenen). De wijn is al erg fraai en combineert een zekere kracht (van kalkmergels) met elegantie (van kalksteen) en precisie (van silex, zegt men). Sancerre Les Caillottes 2015 ****+ zal zeker meer verfijning gaan tonen dan de basis-Sancerre, maar zat nog op slot. Dat liet alleen maar zien dat goede, natuurlijke Sauvignon tijd nodig heeft, iets dat veel consumenten wijnen van sauvignon blanc niet geven. De meest indrukwekkende wijn van de proeverij voor het diner was er dan ook geen uit 2015, maar een uit 2013: Pouilly-Fumé Indigène ****(*), een wijn die bij Pascal Jolivet tot zijn Grandes Cuvées telt. En dat is volkomen terecht, want dit is serieus goede Pouilly-Fumé, met in de geur al wat rijpere aroma’s van honing en ananas, naast wat vuursteen, en een haast contrasterend strakke, loepzuivere smaak met grote lengte.

Prachtige Sauvignons uit dubbele magnums

Uit dubbele magnum

Bij het zeer goede diner uit de keuken van restaurant Bord’Eau (als gewoonlijk overigens, en knap voor ca. 50 personen tegelijk) had Pascal Jolivet nog wat meer bijzondere wijnen bedacht. Zo kwamen zijn Sancerre Chêne Marchand 2014 ****+ en Sancerre Sauvage 2013 ***** op tafel, beide uit dubbele magnums. Chêne Marchand is een van de beroemdste en beste wijngaarden van Sancerre, gelegen op een zeer kalkrijke zuidhelling bij Bué. 2014 toonde zich ragfijn en elegant. De Sancerre Sauvage 2013 komt ook van een kalkrijke zuidhelling (Champtin) en kwam mede door zijn jaartje extra enorm intens over, maar heeft tegelijk alle verfijning die de kalksteen-terroirs zo fraai kunnen geven.

Sancerre Les Caillottes

Grote terroirwijnen

Mijn verdieping in de wijnen van Sancerre heeft een aantal dingen nog eens duidelijk gemaakt. Goede Sauvignons blancs moet je de tijd geven; ze zijn na twee jaar pas echt interessant aan het worden en ze ontwikkelen wel degelijk extra complexiteit met de jaren. En: Sancerre maakt grote terroirwijnen. Zoals Pascal Jolivet zelf aan tafel ook aangaf, wijnen als Chêne Marchand en ‘Sauvage’, van de caillottes, zijn van structuur heel anders dan Les Monts Damnés bijvoorbeeld, met zijn kleirijke kalkmergels. De caillottes geven inderdaad slankere wijnen, ze zijn fijner geschakeerd dan die van de terres blanches. Maar die zijn dan ook beduidend krachtiger en compacter, en ook die bereiken een punt van grote elegantie, maar dat duurt gemiddeld langer. Lang leve de natuurlijke diversiteit, die zo consequent in wijn wordt vertaald door producenten als Pascal Jolivet. De wijnen van Pascal Jolivet worden geïmporteerd door Jacobus Boelen, onderdeel van Oud Reuchlin & Boelen.

Lars Daniëls MV

Achtergrond & Interviews

Nederland en België gaan internationaal met Pinot Noir!

De tijd is rijp om de kwaliteit van Belgische en Nederlandse wijn te situeren op internationale schaal. Wil de wijnbouw in de Lage Landen standhouden en floreren, dan moet zij over de grenzen heen kijken. En zich niet nestelen in navelstaarderij en plaatselijke folklore. Zo gezegd, zo gedaan. Juli 2016 verzamelden 12 wijnproevers ten huize wijndomein Bon Baron, regio Dinant in België, om Pinot Noirs te vergelijken. Een bont gezelschap van wijnbouwers, sommeliers en wijnschrijvers.
De Pinot Noirs van de aanwezige wijnbouwers kwamen ter tafel: Domein de Wijngaardsberg en Wijnhoeve Thorn uit Nederlands Limburg, Wijndomein Aldeneyk uit Belgisch Limburg, Spioenkop uit Zuid-Afrika (Koen Roose, Belgische wijnbouwer) en Château Bon Baron. Dit met verschillende jaargangen. De wijn uit de Lage Landen en Zuid-Afrika werd vergezeld door referentie-Pinot Noirs uit Duitsland, Frankrijk en Nieuw-Zeeland. Van dezelfde of iets duurdere prijsklasse. In totaal 27 Pinot Noirs beoordeeld in 2 flights. Ertussen een ontspannen barbecue met lekkere terroirworsten.
Chateau Bon Baron (Dinant)
De proeverij startte met het lichtere type Pinot Noir. De wijnen van De Wijngaardsberg (2010, 2011, 2012, 2013) en Thorn (2013, 2014) werden vergeleken met de cuvée JS van Stodden (2013, Ahr), Galeyrand Villages Vieilles Vignes (2012, Bourgogne), Zusslin Bollenberg Harmonie (2009, Elzas), Spioenkop (2014, Elgin, Zuid-Afrika) en Pegasusbay (2012, North Canterbury, Nieuw Zeeland). De lichtste, meest delicate, zelfs kwetsbare Pinot Noir van de Lage Landen was Thorn: ragfijn geconstrueerd, zuiver, delicaat en met ontroerende precisie. 2013 en 2014 lagen in dezelfde kwaliteitslijn. We noteerden: fijn tanninereliëf, knappe fraîcheur, licht maar wel geconcentreerd, kers, koffie, wat houtskool, lichte kruidigheid, opgespannen als de snaren van een viool, goede lengte en mooie balans. Ik schreef: de finesse van Riesling in rood. De Pinot Noirs van De Wijngaardsberg hadden een uitgesproken karakter, met in hun jeugd mooi rood fruit, verse aardbei en framboos, botersnoepjes, rook, grafiet, een vleugje karamel en een snedig snufje gras of sperzieboon. Ze waren fluwelig in de mond, met wat fruitzoet en verder slank, elegant, zacht en puur. Na wat jaren rijping kregen we gedroogde vruchten, pruimedant, cassisblad, vleesbouillon en wild. De Nederlandse wijnen overklasten de Bourgogne, toonden zich evenwaardig aan de Nieuwe Wereldwijnen en mochten zich een trots klein broertje noemen van de Stodden en een opmerkelijk volle Zusslin uit de Elzasstreek. Ooit vergeleken we De Wijngaardsberg Pinot Noir 2013 met de befaamde Vigne du Mayne Cuvée Auguste 2013 van Julien Guillot (Macon, Bourgogne). De stijl én kwaliteit van de twee wijnen is opvallend gelijk, de Nederlandse wijn een stuk goedkoper.
Bon Baron (BE) vergeleken met Laurent Fournier (FR)
De vollere Pinot Noirs, Belgisch van oorsprong, traden op in het tweede deel van de proeverij. Bleven ook zij overeind bij het kwaliteitsgeweld uit het buitenland? Aldeneyk Pinot Noir (2013, 2014), en Chateau Bon Baron Pinot Noir stonden naast Shelters top-Pinot Noir (2013, Baden), Spioenkop (2013, 2015) en Jean Fournier Les Croix Violettes (2010, Marsannay, Bourgogne). Aldeneyk Pinot Noir 2013 zat vol sappig en mooi gedefinieerd fruit van kersen en frambozen. De neus was open en intens met zoete kruiden zoals kaneel maar ook grafiet. De mond was vlezig en rond, met brede lagen zoet fruit en een behoorlijke tanninestructuur. 2014 was iets complexer, met evenveel body en structuur en mooie zuren. Charmante wijnen. Voor mij hadden de beide cuvées een gelijkaardig niveau als de Spioenkop-wijnen maar niet de diepgang en het complete van de indrukwekkende Shelter Pinot Noir. Het Waalse Château Bon Baron maakt volle en gestructureerde Pinot Noir, echte bewaarwijn. De klasse kwam inderdaad na enige flesrijping naar boven: 2011 koppelde volume en concentratie aan finesse en fraîcheur. Aroma’s die we erin terugvonden, zijn groene kruiden, tijm, oregano, donkere kers en sinaasappel. De 2007 was grote wijn: die kon mee met alle top-Pinot Noirs op de tafel. 2006 en 2008 waren minder mooi gerijpt maar droegen wel de complexiteit waar Bourgogne-liefhebbers van houden. De topwijn van Bon Baron, Trésor 2013, vergeleken we met de krachtige Croix Violettes 2010 van Laurent Fournier (Côte de Nuits-Villages). Trésor toonde dezelfde combinatie van kracht en precisie, misschien iets meer elegantie. Zoals de Croix was hij nog hoekig (piepjong) maar ook gelaagd, sappig, kruidig, vriendelijk en complex. Conclusie van de proeverij: de kwaliteit van de Pinot Noir van enkele betere wijndomeinen van de  Lage Landen is absoluut te vergelijken met die van gereputeerde wijnbouwers uit Frankrijk, Duitsland, Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika, van dezelfde tot zelfs iets hogere prijsklasse. De aanwezige Lage Landen-Pinot Noirs hebben (nog?) niet het betere GG/Grand Cru-niveau maar in bepaalde jaargangen halen sommige ook 90 en 90+ scores, Parkeriaans uitgedrukt. Niet gehinderd door faam of traditie maken sommige Nederlandse en Belgische wijnbouwers prachtige, zuivere, finesse-volle Pinot Noirs, sommige licht en fragiele, andere vol en gestructureerd. Ik nodig de lezer uit om ook andere Lage Landen-wijnen op dezelfde manier te benaderen: kritisch en onbevooroordeeld, volgens internationale standaarden. De nood aan wine events waar Lage Landen-wijnen worden beoordeeld in mondiale context, is groot.

Stefaan Soenen

Achtergrond & Interviews

Savennières: Chenin voor ver gevorderden

Als chenin een druif voor gevorderden is, dan is Savennières als ultieme droge belichaming daarvan een wijn voor ver gevorderden. Om niet te zeggen een intellectuele wijn. Eric Asimov, de wijnschrijver van The New York Times, typeerde Savennières ooit toepasselijk als The Thinking Person’s White Wine. Niet voor iedereen weggelegd, maar in potentie een fraaie terroirwijn voor wie een beetje excentriciteit wel weet te waarderen. Mits zorgvuldig gemaakt.

Savennières geniet een flinke historische reputatie, maar heeft tegelijk de naam moeilijk toegankelijk te zijn. Eigenzinnig, niet direct het glas uitstuivend, maar wel gekarakteriseerd door forse zuren en nadrukkelijke mineraliteit. Très Chenin. Dat die wijnen tot voor kort een overdaad aan sulfiet meekregen droeg misschien wel bij aan hun lange houdbaarheid, maar kwam hun expressiviteit toegankelijkheid ook niet echt ten goede. Het is echter hoog tijd om dat beeld te nuanceren.

Hartje Anjou

Savennières ligt een kilometer of 15 ten zuidwesten van Angers op de noordelijke oever van de Loire, middenin Anjou. Bijna recht ertegenover, op de zuidelijke oever, liggen appellations als Coteaux du Layon, Quarts de Chaume en Bonnezeaux die bekend zijn om hun edelzoete wijnen. De appellation strekt zich uit over drie gemeenten: Savennières in het midden, Bouchemaine in het noorden en La Possonnière in het zuiden.
Domaine aux Moines
Savennières was, is en zal altijd een kleine appellation blijven, omdat het om een duidelijk afgebakend terroir gaat. De oppervlakte ervan bedraagt op papier ongeveer 300 hectare, waarvan tegenwoordig de helft daadwerkelijk beplant is met wijnstokken. Om precies te zijn gaat het om 156 hectare, verdeeld over 35 producenten. Vanuit landschappelijk oogpunt is het een van de mooiste appellations van de Loire met hellingen die van een plateau aflopen tot aan de Loire en doorsneden door valleien, zogeheten coulées. De ondiepe, warme bodems bestaan er uit zand op het plateau, schist (groen, grijs en purper), zandsteen, en granietachtig rhyoliet van vulkanische oorsprong. Het belangrijkste van die bodemtypes in Savennières is schist, in het Frans schiste. Schist lijkt veel op leisteen maar is niet exact hetzelfde. De Franse term voor leisteen is trouwens ardoise. De ligging bij de Loire heeft twee gevolgen: instroom van oceaanlucht uit het westen en lichtweerspiegeling door het wateroppervlak van de rivier.
Ochtendmist

Van zoet naar droog

In 1952, midden in een crisisperiode toen de aanplant teruggelopen was tot nog maar amper 70 hectare, kreeg het een appellation contrôlée. Aanvankelijk gold die alleen voor zoete wijnen, want evenals de overburen bracht Savennières immers dit type wijnen voort in plaats van de huidige droge. Een beetje vreemd dus dat ‘prins van de gastronomie’ Curnonsky in de 19e eeuw van de ‘Montrachet van de Loire’ sprak. Als het nu ‘Yquem van de Loire’ geweest was… Hoe zoet wijn uit Savennières kon zijn, werd aangetoond in het legendarische oogstjaar 1921, toen er een met niet minder dan 173 g/l restsuiker geproduceerd werd.
Clos du Papillon
Pas na de Tweede Wereldoorlog is Savennières op gaan schuiven richting droog. Net als Condrieu in de Noord-Rhône, ook zo’n appellation die evenals Savennières nog niet zo heel lang geleden op sterven na dood leek. Erkenning voor droge wijnen volgde pas begin jaren ‘80. Voor Savennières sec is een maximale hoeveelheid van 8 g/l restsuiker toegestaan, vooropgesteld dat de hoeveelheid zuren 6 g/l of meer bedraagt. Voor Frankrijk buiten de Elzas is dat uitzonderlijk veel, bijna evenveel als de 9 g/l voor Duitse droge wijnen. Sprekende waarvan, hoe zou Riesling het eigenlijk doen als hij aan de Loire aangeplant mocht worden?
Epire - Bodem

Twee subappellations

In 2012 kreeg Savennières er twee subappellations bij: Savennières Roche aux Moines en Savennières Coulée de Serrant, allebei binnen de gemeente Savennières. Roche aux Moines telt 33 hectare en ligt op een helling die afloopt naar het zuiden – en daarmee naar de Loire. Coulée de Serrant is met 7 hectare een stuk kleiner. Ook deze cru ligt op het zuiden, verdeeld over twee hellingen in een valleitje tussen Epiré en Roche aux Moines. De wijngaard is het monopolie van Clos de la Coulée de Serrant, eigendom van de familie Joly. Recentelijk heeft enfant terrible Nicolas Joly – de man die letterlijk met iedereen overhoop lijkt te willen liggen – echter besloten om af te zien van zijn eigen appellation.

Minder sulfiet, meer precisie

Chenin voor Savennières laat zich op drie momenten plukken, afhankelijk van de gewenste zuurgraad in de wijn: vroeg, normaal en overrijp. Hoe later de pluk, des te lager de zuren en des te minder de noodzaak voor bacteriologische zurenafbouw, oftewel malo. Bij een vroege pluk is dat juist wel vaak het geval. De producenten van Savennières hebben als collectief een grote stap voorwaarts gezet door hun druiven na de oogst veel minder te zwavelen dan voorheen en ook veel minder sulfiet aan hun wijnen toe te voegen. Een kwestie van niet volgens een achterhaalde 19eeuwse receptuur volgens het principe ‘better safe than sorry’ te werken, maar volgens een 21e   die gebaseerd is ‘less is more’ door nauwkeuriger te werken in wijngaard en kelder.
Pluk bij de Loire
Ze staan daarin niet alleen, want iets vergelijkbaars is de afgelopen decennia gebeurd met nog de nodige andere Franse witte wijnen – die uit Bordeaux bijvoorbeeld. Het is de zuiverheid en precisie merkbaar ten goede gekomen. In het streven om een echte ‘terroirwijn’ te maken zijn bio en biodynamie zijn in opmars, evenals het gebruik van natuurlijke gist. Ook krijgen bepaalde wijnen tegenwoordig een jaar houtopvoeding. Savennières is daardoor niet langer saai, maar juist intrigerender dan ooit. Enkele producenten die de moeite waard zijn, zijn o.a. Domaine Pierre Bise, Domaine du Closel, Domaine des Baumard, Domaine Pierre Bise, Domaine des Deux Vallées, Domaine aux Moines, Château d’Epiré, Clos de la Coulée de Serrant en Eric Morgat.
Biodiversiteit in de wijngaard (Foto: Pierre Bise)

In het glas en aan tafel

Hoe smaakt Savennières nu precies? Ter plaatse heeft men geprobeerd dat in min of meer algemeen geldende termen te omschrijven met naar goed Frans gebruik veel aromatische associaties.

Voor de standaardversie betekent dat: een diep strogele kleur; geur van hooi, lindebloesem, varen, jasmijn plus peer en witte perzik. Later mag je ook gaan denken aan bijenwas en gedroogd fruit. In Frankrijk ontwaart men dan ook, afhankelijk van de mate van rijpheid bij de pluk, een zekere mate van zalvendheid en complexiteit, diepte en, krachtige mineraliteit. Vooral na 10 tot 15 jaar worden de wijnen ronder en gaan ze smaken naar honing, acacia en kweepeerjam. Als het echt goede zijn tenminste.

Voor de cru’s is de beschrijving wat korter: aanvankelijk floraal en mineraal in de geur met later peer, kweepeer, abrikoos en witte perzik. Bij ontwikkeling komen er gedroogd fruit, bijenwas en een rokerige toets. De smaak wordt getypeerd als rond en fluwelig met grote lengte in de afdronk.

Savennières is geen wijn om zomaar te drinken, maar expliciet bedoeld voor aan tafel. Wat gaan we daar dan vervolgens bij eten? Van dat soort vragen lust men in Frankrijk wel pap. Om te beginnen voor de standaardversie: riviervis als snoekbaars in botersaus, gerookte paling, gebakken sint jakobsschelpen, gegrilde zalm, blanquette de veau, kazen al Livarot, Maroilles, Selles-sur-Cher en Salers. Bij cru’s denkt men aan zowel Franse als Aziatische zaken zoals: saffraancurry, Thaise gerechten met basilicum, kalfszwezerik met artisjok en varkenskotelet met appel. Moelleux mag bij met blauwaderkaas en eend met aigre-doux van gele perzik.

Los van al die lekkere details, hoewel Savennières vandaag de dag een stuk jonger toegankelijk is dan in het verleden, is en blijft het wijn met een bovengemiddeld ontwikkelingspotentieel. Een jaar of tien bewaren mag dus geen probleem zijn.

René van Heusden

Lees ook: Chenin: Loiredruif voor gevorderden (deel 1)

Achtergrond & Interviews

Essence de Dourthe: merkwijn hors catégorie

Welke zichzelf serieus nemende wijndrinker (m/v) durft anno 2016 nog gezien te worden met een merkwijn van het type generieke AC Bordeaux in het glas? Bordeaux is toch helemaal uit de tijd? En merkwijnen zijn er toch voor onzekere mensen die niets van de ‘juiste’ namen afweten? Bij het huis Dourthe denken ze daar wat genuanceerder over. Ook al is het op papier maar simpele een Bordeaux, hun prestigewijn Essence de Dourthe laat menige cru classé achter zich!

Patrick Jestin, algemeen directeur van Dourthe, was recentelijk in Nederland om bij restaurant Noble in ’s-Hertogenbosch de jaargang 2010 van Essence te laten proeven, samen met nog wat andere (château)wijnen uit zijn portfolio die door importeur Verlinden Drink & Discover gevoerd worden. En laat het nog maar eens gezegd zijn aan het adres van alle sceptici: Bordeaux 2010 proeven (en drinken) is bepaald geen straf.
Patrick Jestin (Dourthe)

Big business

Jestin werkt zelf al weer 30 jaar bij Dourthe na eerst in de parfumbranche actief te zijn geweest. In die tijd heeft hij heel wat veranderingen meegemaakt en is hij betrokken geweest bij de ontplooiing van allerhande nieuwe initiatieven. Hij kwam binnen bij het in 1840 opgerichte bedrijf in een periode waarin dat al weer een tijdje geen familiebezit meer was, maar als CVBG-Dourthe op de belangstelling mocht rekenen van branchevreemde multinationals als Douwe Egberts en Bols-Wessanen. Dat werd dus geen doorslaand succes. In 1998 kregen hij en twee andere directieleden de kans op een managementovername onder gunstige voorwaarden. Volgens Jestin hadden de banken toen genoeg vertrouwen in Dourthe om met een royaal krediet over de brug te komen. De laatste stap in eigendomswisselingen volgde in 2007, toen het deel uit ging maken van de in de Champagne gevestigde Groupe Thiénot sinds die een meerderheid van de aandelen had weten te verwerven.

Eigen châteaux

Hoewel Dourthe van huis uit een handelshuis (négociant) was, is het in 1979 begonnen met het aankopen van eigen châteaux, om te beginnen cru classé Belgrave (Haut-Médoc). In 1990 kwamen daar de châteaux La Garde (Pessac-Léognan) en Pey La Tour (Bordeaux Supérieur) bij. In 1995 werd Le Boscq (Saint-Estèphe) gekocht, terwijl vanaf 2005 Grand Barrail Lamarzelle Figeac (Saint-Emilion Grand Cru) gepacht wordt. De meest recente aanwinst is Reysson (Haut-Médoc), dat al sinds 2001 door Dourthe beheerd werd. Al deze châteaux zijn samen met de drie die Thiénot al in eigendom had – Rahoul (Graves), de Ricaud (Cadillac – Côtes de Bordeaux) en Haut Gros Caillou (Saint-Emilion) – ondergebracht in Vignobles Dourthe.

Perceelselectie bij Chateau La Garde

Merkwijnen

Als handelshuis voert Dourthe vanzelfsprekend diverse merkwijnen, van instapniveau als Grands Terroirs (bij Albert Heijn) tot meer ambitieus zoals Beau Mayne en Dourthe No. 1, de tweede in zowel rode als witte uitvoering. In ’s-Hertogenbosch was de in 1988 – en daarmee al vijf jaar eerder dan de rode – gelanceerde witte Dourthe No. 1 van 2015 de eerste wijn in het glas. Het is een Bordeaux blanc sec op basis van sauvignon blanc. Idealiter drink je hem ’s zomers op een terras in Arcachon met een dozijn van de lokale oesters erbij, maar op een grijze herfstdag in Nederland bij gougères van Edwin Kats smaakt hij ook prima als aperitief voor de lunch. Levendig, expressief en spatzuiver. Rechttoe, rechtaan en met een hoge doordrinkfactor.

Ultieme assemblage

Maar goed, het was allemaal begonnen om die rode Essence. Je zou die kunnen typeren als een garagewijn. Want wat is het concept? Belgrave, La Garde, Le Boscq en Grand Barrail Lamarzelle Figeac krijgen alle vier onbeperkte financiële ruimte om van hun beste percelen – momenteel in totaal 11 hectare – wijn van optimale kwaliteit te maken. In de wetenschap dat oenoloog Michel Rolland adviseert, wekt het geen verbazing dat perfecte rijpheid hierbij een vanzelfsprekendheid is. Alleen de allerbeste vaten worden uiteindelijk bij Dourthe in Parempuyre geassembleerd en krijgen vervolgens nog een jaar extra houtopvoeding. Cabernet sauvignon is in de regel goed voor de helft van de samenstelling, terwijl bij de aanvullende rassen het vrij hoge percentage petit verdot opvalt. Jestin en zijn bedrijf beschouwen Essence als het ultieme voorbeeld van een assemblage. En is assembleren niet een handelsmerk van Bordeaux?

Sorteertafel bij Chateau La Garde

Select

Van het oogstjaar 2010 zijn welgeteld 6000 flessen gebotteld. Aangezien Essence alleen in goede jaren uitkomt, zijn 2011, 2012 en 2013 overgeslagen. Het eerste jaar dat na 2010 op de markt zal komen, is daarom 2014. Een dure grap omdat uiteindelijk maar een deel van die bijzondere wijnen gebruikt wordt? Jestin vindt van niet, omdat de afzonderlijke châteaux profiteren van de opgedane ervaringen bij de toepassing van innovatieve technieken. Hij verwacht ook dat de productie in komende jaren wel wat groter zal worden. De prijs van Essence mag er overigens zijn met 89 euro exclusief BTW inkoop voor horeca en detailhandel in het geval van 2010 en 79 euro in dat van 2008. Maar daar heb je dan ook wel wat voor. Gelet op zijn kwaliteit en zijn multiregionale samenstelling is het natuurlijk een prachtwijn om etikettendrinker in blindproeverijen mee op het verkeerde been te zetten. Succes verzekerd.

Proef op de som

Jestin liet van Essence de Dourthe behalve 2010 ook 2008 en 2005 proeven, twee monumentale jaargangen dus met een wat lichter millésime ertussen. Zie Essence 2008 tussen 2005 en 2010 als de lichtvoetige 4e symfonie van Ludwig van Beethoven tussen diens dramatische 3e en 5e. Jestin kon zich in ieder geval prima in deze vergelijking vinden.

Van jong naar gerijpt:

• 2010: Wijn uit een geweldig jaar met de allure van een grand cru. Concentratie, kracht, weelderigheid en nog nauwelijks enige ontwikkeling. Compact fruit, intens, aanwezige maar rijpe tannine, mooi versmolten hout, prachtige lengte. Kortom, een mondvol wijn. Nu al aangenaam, maar met groots ontwikkelingspotentieel.

• 2008: Goed jaar, maar geen top. Dat proef je. In alle opzichten duidelijk wat lichter van structuur en met ook al de nodige ontwikkeling en het welbekende sigarenkistje in de maak. Gemiddelde body en intensiteit. Nu drinken. Hoe zeiden de oude Engelse schrijvers het ooit? Excellent luncheon claret.

• 2005: Dit is wel weer een groot millésime, maar inmiddels wel dik 10 jaar oud. Dat merk je aan het gerijpte karakter met tertiaire trekjes. Open, mooi aromatisch met voorspelbaar zwart fruit en ceder, evenals leer en tabak, in de smaak weer dat gerijpte zwarte fruit, chocolade en een machtige tanninestructuur. Daarom nu toch maar drinken?Van drie van de vier châteaux die een bijdrage leveren aan Essence kon ook 2010 beoordeeld worden. Daarvan bleek Le Boscq al heel toegankelijk en op dronk, Belgrave een echte charmeur met nog volop reserve en La Garde de meest klassieke met een indrukwekkende concentratie, pit en lengte. De witte 2013 van La Garde, gemaakt van sémillon, sauvignon blanc en sauvignon gris was allesbehalve een straf. Moraal van het verhaal? Bordeaux is zo gek nog niet. Importeur: Verlinden Drink & Discover, www.verlindendrinkanddiscover.nl

René van Heusden

Achtergrond & Interviews

Master of Wine worden, zo doe je dat (deel 1)

Marije Bockholts wil Master of Wine worden. Begin september is ze tot de opleiding toegelaten die als de zwaarste ter wereld geldt. Haar eerste kennismaking met wat haar de komende jaren te wachten staat, zit erop. Op de site van Perswijn zal Marije de komende tijd verslag uitbrengen van wat haar zo al overkomt tijdens haar studie. In deze eerste aflevering maken de lezers kennis met haar en vertelt zij over haar eerste bezoek aan Londen.

Eerste kennismaking

Op 1 september kwam het verlossende bericht: aangenomen!!! Ik mag beginnen aan de opleiding Master of Wine. Een uitstekende reden om aan de champagne te gaan. Er zijn dit jaar door het Institute of Masters of Wine wereldwijd 88 mensen aangenomen, uit 46 landen. Ik voel me dus best speciaal. Langzaam dringt het echt tot me door dat ik weer student ben en dat de komende jaren in het teken zullen staan van veel studeren, veel reizen en vooral veel wijnproeven. Dat wordt leuk.
Marije Bockholts
Misschien moet ik me eerst maar eens even voorstellen. Mijn naam is Marije Bockholts en wijn is voor mij een ‘ietwat’ uit de hand gelopen hobby. Ik heb al jaren mijn eigen adviesbureau en heb daar de laatste jaren vooral advies gegeven op het gebied van tunneltechnische installaties en tunnelveiligheid. En dan de wijn. Tja, met deze achtergrond is het natuurlijk wel te begrijpen dat een van mijn favoriete wijndomeinen Domaine du Tunnel uit Cornas is. Mijn wijnavontuur begon zo’n 15 jaar geleden aan de andere kant van de wereld tijdens een reis door Nieuw-Zeeland. Na het proeven van diverse wijnen daar was mijn nieuwsgierigheid gewekt en bij terugkomst in Nederland ben ik aan mijn eerste wijncursus begonnen. Nu heb ik nog al eens last van nieuwsgierigheid. Meer leren over een onderwerp betekent meestal ook dat je beter weet wat je allemaal nog niet weet. Dus na die eerste wijncursus volgde er een hele reeks wijnopleidingen. Na het behalen van Weinakademiker in 2014 was mijn honger naar kennis nog steeds niet gestild. En dus heb ik toelatingsexamen gedaan om aan de opleiding Master of Wine te mogen beginnen.Het is nu oktober, en het echte werk begonnen. Snipverkouden ben ik op het vliegtuig gestapt naar Londen voor de eerste lesdagen. De adviezen over hoe alles aan te pakken duizelen door het klaslokaal. Waar ik eerst een redelijk idee had van wat mij te wachten staat, heb ik nu vooral een chaos van gedachten. Dat moet ik straks terug in Amsterdam maar eens een beetje ordenen. De groep studenten is leuk en vooral ook heel divers, naast de diversiteit van nationaliteiten zijn ook de achtergronden en leeftijden erg uiteenlopend. Gelukkig begrijpen we allemaal dat het een grote uitdaging is waar we voor staan en al snel vormen zich de eerste studieclubjes.
Foto: Bob Campbell MW
Er wordt door de docenten, zelf allemaal Master of Wine, veel uitgelegd over de examens. Het bestaat uit een theoriedeel dat alle aspecten van de wijn wereld omvat, dus bijvoorbeeld over het aanplanten van druiven maar ook  marktstrategieën van grote merken als bijvoorbeeld Jacobs Creek. Het praktijkdeel bestaat uit drie examens waarin blind geproefd wordt en er over deze wijnen allerhande vragen beantwoord moeten worden, bijvoorbeeld over het druivenras en de herkomst van de wijn. Tijdens de eerste lesdagen wordt vooral veel aandacht besteed aan het oefenen van de praktijk. Bijna geheel volgens de examencondities krijgen we twee blindproeverijen van twaalf wijnen. Eerst een serie wit, daarna een serie rood. Oh wat is dit lastig, en dan ben ik ook nog gehandicapt door mijn verkoudheid. Maar ook mijn niet verkouden medestudenten hebben het zwaar. Ik vermoed haast dat de docenten deze eerste twee series extra moeilijk hebben gemaakt, zodat iedereen zich er goed van bewust is dat er nog flink wat werk verzet moet

worden. Dat is ook de mededeling op de tweede dag: “Jullie staan nu nog aan het begin, en je hoeft het nog niet allemaal te weten”. Dat is dan gelukkig weer een hele geruststelling.  Aan het eind van die tweede dag begin ik weer een klein beetje tot rust te komen. Ik heb al iets beter door wat ik moet gaan doen en hoe mijn studieplan er uit moet gaan zien. Morgen vlieg ik terug naar Amsterdam, met een waslijst vol actieplannen. Ik heb er zin in!

(Wordt vervolgd.)

Marije Bockholts

Achtergrond & Interviews

Viña Errázuriz: op en top Chileens

Chili is een uniek en succesvol wijnland, met nog vele mogelijkheden maar ook specifieke problematiek. Een land met een geheel eigen dynamiek, dat een explosieve groei van de wijnindustrie en de export heeft doorgemaakt. Viña Errázuriz heeft daaraan op voorname wijze bijgedragen en doet dat nog steeds. Een gesprek met gelauwerde wijnmaker Francisco Baettig, die onlangs in Nederland was, vormt de aanleiding voor een actueel portret van deze op en top Chileense producent.

Het hoofdkwartier van Errazuriz bij Panquehue

Don Maximiano

Het verhaal van Viña Errázuriz, tegenwoordig qua grootte de 12e producent van Chili, maar qua waarde de 5e, begint reeds in 1870. Toen richtte Don Maximiano Errázuriz de eerste grote winery buiten de stedelijke regio Santiago op. Daarvoor koos hij het gebied bij Panquehue in de Aconcagua Valley, waar druiven gemakkelijk en goed gedijen door het warme, droge klimaat en de beschikbaarheid van het water van de Aconcagua rivier. Don Maximiano bouwde niet alleen een wijndomein, maar een heel modeldorp inclusief kerk, school en huizen voor arbeiders. Het ging lange tijd crescendo met Viña Errázuriz, dat eind 19e eeuw met maar liefst 700 hectare in bezit misschien wel een van de grootste wijndomeinen ter wereld kan zijn geweest. Maar de grote aardbeving van 1906 en meerdere landbouwhervormingen vanaf jaren ’30 remden de groei, dwongen het bedrijf te verkleinen en uiteindelijk zelfs even te sluiten (1970).

Een waar Chileens icoon, Don Maximiano

Eduardo Chadwick

Het grote, ook internationale, succes begon vanaf 1983, toen Eduardo Chadwick in het bedrijf kwam, nadat zijn vader Alfonso het terug had gekocht. Eduardo had gestudeerd in Bordeaux en bracht vele nieuwe inzichten over kwaliteitswijn mee zich mee terug. Eduardo zag het potentieel van de Chileense wijnbouw en handelde daar naar. Hij wilde met name bewijzen dat Chili meer was dan een land voor goede maar goedkope wijnen. Direct na zijn intreden in het ouderlijk bedrijf creëerde hij Don Maximiano (Founder’s Reserve), een op cabernet sauvignon gebaseerde en op Bordeaux geïnspireerde topwijn van de beste, oudste cabernet sauvignon uit Aconcagua. Stekken daarvan gebruikte Eduardo in 1992 om in het waarschijnlijk beste en zeker beroemdste terroir voor cabernet sauvignon in Chili, dat van Puente Alto in Maipo Alto bij Santiago, Viñedo Chadwick te beginnen. Op de oude polovelden van zijn vader, vroeger onderdeel van Viña San José Tocornal. Een paar jaar later volgde een ander prestigieus project, een joint venture met Robert Mondavi in Aconcagua Valley, genaamd Seña. Don Maximiano, Viñedo Chadwick en Seña zijn inmiddels zogenaamde icons wines geworden en Eduardo was de pionier van dat soort prestigewijnen. Maar in tegenstelling tot menig andere icon wine, is de status van die van Chadwick niet zozeer zelfverklaard, maar mede gebaseerd op een kwalitatief track record van de wijnen in kwestie, zeker als het gaat om Don Maximiano. Francisco Baettig viel me bij toen ik opmerkte dat de term icon wine nogal misbruikt wordt: “Iconische status moet een wijn verdienen, die kan de producent niet zelf toedelen”. Precies.

De heuvel van La Cumbre, voor Syrah

Aconcagua Costa

Niet de eerste, maar toch er vroeg bij, was Eduardo ook toen hij in 2005 besloot grootschalig nieuwe eigen wijngaarden aan te planten in een (voor wijnbouw) onontgonnen kustgebied: Aconcagua Costa. Voordien kocht Errázuriz al chardonnay en sauvignon blanc in Casablanca, dat officieel ook tot Aconcagua (regio) behoort, maar Eduardo wilde meer: een eigen domein voor cool climate druiven. Nadat hij had besloten dat Leyda toch nog wat té koel was (foutje?), koos hij voor een andere vallei in het Chileense kustgebergte (Cordillera de la Costa), zo’n 12 km landinwaarts van kustplaats Concón. De aanvankelijke focus lag op sauvignon blanc, de hype van het moment én een snelle cash cow om zijn expressieve wijnen van jonge stokken. En alhoewel sauvignon blanc nog steeds belangrijk is, zijn nu chardonnay en pinot noir in Costa van zeker zo grote waarde voor Errázuriz. Bovendien heeft men steeds meer syrah aangeplant, die in het koele kustgebergte heel andere wijnen geeft dan in de warmte van Aconcagua Valley, waar Errázuriz trouwens een van de beste Syrahs van Chili maakt, genaamd La Cumbre.

Terroir-denken

Aconcagua Costa bleek veel meer dan alleen koel klimaat, zegt Baettig nu: “We hebben uitgebreid bodemonderzoek laten doen en de bodems van dit deel van Cordillera de la Costa bleken bijzonder. Dat geeft de wijnen echt een extra dimensie”. Het kustgebergte bestaat in wezen uit graniet, met op plaatsen schiste met daarop wat leem, zoals in de wijngaarden van Errázuriz. Van de meest speciale percelen op pure schiste maakt Baettig sinds kort, met hulp met een zeer gerenommeerde wijnmaker uit Vosne-Romanée van wie hij de naam niet publiekelijk wilde zeggen, twee ‘terroir-selecties’, genaamd Las Pizarras (helaas nog niet in Nederland). Ze zijn het resultaat van het veranderde gedachtegoed van bepaalde wijnmakers in Chili, zoals Francisco Baettig, maar ook Marcelo Retamal (De Martino), Rafael Urrejola (Undurraga) en Marcelo Papa (Concha y Toro). Weg van het icon-denken, richting terroir-denken; geen super selectie van een selectie meer, maar zoeken naar de meest bijzondere combinatie tussen druif en terroir. Chili heeft wat dat betreft misschien nog wel een nieuwe wijnwereld te ontdekken.

Waterreservoir in Aconcagua Costa

Water kan probleem zijn

Tot voor kort lag die nieuwe wereld om te ontdekken voor de Chileense wijnbouw vooral richting de koelere kust, zowel in het centrale deel van het land (gebieden niet al te ver van Santiago, zoals Casablanca, Leyda en Colchagua Costa bijvoorbeeld) en wat meer naar het noorden (kustgebieden als Limarí en Elquí). Maar daar blijken een gebrek aan regenwater en steeds minder afgegeven waterrechten (op zowel grond- als oppervlaktewater) beperkende factoren voor (de groei van) wijnbouw. Chadwick was er tijdig bij, maar anderen die nu land kopen in een van de genoemde kustgebieden, kopen land zonder waterrechten (“rulo”). En dat kan problematisch zijn. Van Maule zuidwaarts is er geen moratorium meer op waterrechten, ook omdat de jaarlijkse neerslag vanaf daar toeneemt tot volumes die landbouw zonder irrigatie mogelijk maken. Maar buiten de interesse die vele Chileense wijnproducenten de laatste jaren tonen in de oudere, niet-geïrrigeerde wijngaarden in Maule en Itata (met carignan, cinsault, país en muscat), is er nog weinig sprake van een trek naar het zuiden. Tenminste, niet om grootschalig nieuw aan te planten, bepaalde projecten zoals in de Austral regio en Osorno daargelaten. Maar wellicht komt dat vanzelf, want men is zich in Chili zeer bewust van de waterproblematiek in bepaalde delen van het land.

Ochtendmist in Aconcagua Costa
Enorme verschillen

De keuze van Errázuriz voor Aconcagua Costa was niet alleen een ogenschijnlijk gemakkelijke maar ook een bewuste. Errázuriz staat voor Aconcagua en wil eigenlijk alleen wijnen uit die regio maken. En de geografie/topografie en de daarmee samenhangende klimatologische omstandigheden maken het in smalle Chili nu eenmaal mogelijk oost-west te denken, minder dan voorheen, maar nog steeds. Ook wat dat betreft is Errázuriz op en top Chileens. En vergis u niet, het verschil binnen Aconcagua van west naar oost is enorm. Als je er ooit zelf bent geweest, vergeet je het nooit meer. ’s Ochtends stonden we (Edwin Raben en ondergetekende) in de koude ochtendmist in Aconcagua Costa, die de temperaturen maar traag laat oplopen van (dik) onder de 10 ºC in de nacht tot zo’n 25 ºC overdag, ’s middags ervoeren we de verzengende hitte (35 ºC) en het intense zonlicht van het traditionele hart van de Aconcagua Valley bij de winery van Errázuriz. Met afdoende water is dit nog steeds een viticultural paradise, zoals stichter Don Maximiano Errázuriz het al in de 19e eeuw beschreef. En Errázuriz zal er alles aan doen hun paradijs te behouden tot in de verre toekomst. Ze zijn een van de eerste Chileense wijnproducenten die gecertificeerd duurzaam zijn (certificaat van Vinnova-Tecnovid), wat ondermeer inhoudt dat ze het goed doen wat betreft water- en CO₂-voetafdruk.

Bourgondische verfijning

Maar uiteindelijk gaat het om wat er in het glas komt uiteraard. En ook wat dat betreft zie je een goede ontwikkeling bij Errázuriz, net als bij een aantal andere Chileense wijnhuizen overigens. Voorheen waren de wijnen nogal vol, rijp en zoet-fruitig, met niet zelden een te opdringerige, dus storende, toon van eucalyptus of munt (in de rode wijnen). Maar de internationale vraag naar elegantere, minder heftige wijnen is natuurlijk niet aan een op export draaiend bedrijf als Errázuriz voorbij gegaan. Tegelijk is het alsof het werken met wijngaarden en druiven uit een koeler gebied de wijnstijl van het hele bedrijf heeft veranderd, inclusief die van lang erkende wijnen uit het warme deel van Aconcagua Valley. Als het over stijlontwikkeling gaat, neemt Baettig Chardonnay als voorbeeld: “De stijl van Chileense Chardonnay is sterk veranderd door de jaren heen. In de jaren ’90 was de stijl heel marktgericht, vooral op de markten van de VS en Engeland, dikke stijlen waren in de mode daar. Daarna hebben we geleerd wat Bourgondische verfijning is, hoe we daar naartoe kunnen werken, mede door druiven uit koelere klimaten. Maar vergeet niet dat ook het plantmateriaal sterk verbeterd is. We hebben veel betere chardonnay-klonen nu, geen Mendoza-kloon meer, maar Bourgogne-klonen”. En dit zijn niet alleen woorden, je proeft het terug in de wijnen.


Ervaring, kennis en vertrouwen

Ook haalt hij terecht carmenère aan, een druif waarmee Chili zich aanvankelijk sterk heeft geassocieerd, maar die later vaak als niet meer dan een ‘aardige assemblage-druif’ werd weggezet. “Bij carmenère wilden we té veel rijpheid en oogstten we dus té laat, vanwege slechte ervaringen met massaal geproduceerde Carmenère uit Curicó (die ondrinkbaar ‘groenig’ was, red.). Maar je moet vooral minder opbrengst nemen en niet super laat oogsten. Ik wil wel wat van de groene kant hebben, niet te veel, maar wel wat”. Het typeert de veranderde denkwijze in Chili: men benut de opgebouwde ervaring en deelt kennis. Dat laatste is iets dat je wellicht niet zou verwachten in een zo door corporate business beheerste wijnbouw, maar de wijnmakers die ik al noemde, hebben veel onderling contact. Bovendien durft men veel meer dan voorheen de druiven en hun herkomsten aan het woord te laten, in plaats van ze voor alles een internationaal keurslijf aan te meten. En dus worden de wijnen authentieker, zeker ook bij Errázuriz. Wie dat wil proeven, zou de volgende wijnen zeker moeten proberen:

Aconcagua Costa Chardonnay 2014

100% chardonnay, spontane vergisting, 10% nieuw hout / de meest overtuigende wijn van Errázuriz uit Costa (Las Pizarras daargelaten waarschijnlijk; nog niet kunnen proeven), chardonnay doet het er zeer goed / citrusfruit, wat ananas en gedroogd fruit, iets reductief / rijp maar strak met opmerkelijk goede zuren en fijn tikje nieuw hout ****(*)

Aconcagua Costa Pinot noir 2013

100% pinot noir / boeiend ondanks pas 10 jaar oude stokken / koele inweking, deels hele trossen, vergisting in open tanks, rijping in (gebruikte) barriques / zoals vaker bij Pinot noir van zure bodems meer Duits dan Frans in de geur / mooie structuur, blijft fris, typische ijzerachtige toon, goede lengte ****+

Aconcagua Syrah Max Reserva 2014

100% syrah / rijp rood fruit, zoet maar niet plakkerig, lekker spicy, genoeg zuren en puntje nieuw hout ****

Don Maximiano Founder’s Reserve 2013

79% cabernet sauvignon, 10% malbec, 6% carmenère, 5% petit verdot / op deze moeten we nog even wachten, maar dat zal het waard zijn / koeler jaar dan normaal, iets minder op extract gemaakt, slechts 65% nieuw houtDe wijnen worden geïmporteerd door Verbunt Wijnkopers en zijn te koop bij winkels van De Wijnkring.

Tekst en foto’s: Lars Daniëls MV

Achtergrond & Interviews

Riesling uit de Maasvallei – het kan écht (goed zijn)!

Wijngoed Thorn bewijst het. Er staat niet veel riesling aangeplant in Nederland, wellicht 5 à 6 hectare, hoorde ik. En dat is eigenlijk jammer, als je bedenkt dat de temperaturen in diverse delen van ons land toereikend zijn om riesling te rijpen. Maar riesling rijpt (relatief) laat en vergt de nodige aandacht, tenminste, als je gezonde druiven wilt hebben om zuivere, relatief droge wijnen te maken.

Harry Vorselen
De beroemdste vaderlandse Riesling –als je Zuid-Limburg vaderland mag noemen– is die van de Apostelhoeve, afkomstig van een inmiddels meer dan veertig jaar oude wijngaard op die fraaie helling van het Jekerdal. En ook een andere bekende heeft zijn oorsprong in dat mooie beekdal ten zuiden van Maastricht, die van Hoeve Nekum. Maar ook buiten het oudste kwaliteitswijngebiedje van ons land (het Jekerdal) wordt goede wijn gemaakt. En zowel van klassieke rassen als van steeds betere nieuwe rassen, laat ik dat direct zeggen, om enige discussie omtrent vooringenomenheid voor te zijn. Maar met alle respect voor solaris en souvignier gris, riesling is van een andere klasse. En als een van de beste wijnbedrijven van Nederland, Wijngoed Thorn bij het gelijknamige, witte dorpje in Midden-Limburg, ermee aan de slag gaat, zijn knappe resultaten niet toevallig. Slechts vier jaar oud zijn de stokken van riesling die Harry Vorselen, eigenaar en wijnmaker van Thorn, in de gemakkelijk opwarmende, goed drainerende bodem van de oude Maasarm (klei en zand op kiezels) ten zuiden van Weert heeft staan. In 2015 oogstte hij zeer rijpe druiven (96 ºOechsle) met een beetje botrytis, maar ook goede zuren (8,5 gram per liter wijnsteenzuur) en maakte daarvan een wijn met 12,5% vol. alcohol en 10 gram per liter restsuiker. “Anders had de wijn te veel alcohol, naar mijn mening”, geeft Harry nu aan. Let wel: te veel natuurlijke alcohol, voor riesling, in Nederland.
Wijngoed Thorn, 2015 Riesling
En daar heeft hij goed aan gedaan, want de wijn is zeer geslaagd. In de geur doet hij denken aan een goede Moselriesling, van niveau Spätlese of zelfs Auslese (trocken), met tonen van rijpe groene appels en perziken. Er is ook een hint van honing en lijm, die wat botrytis (en aanvaardbaar azijnzuur) verraadt. De smaak is perfect in balans, spannend zoetzuur en heeft goede lengte. Al met al een heel knappe tweede Riesling van Wijngoed Thorn (2014 was eerste jaargang). Riesling in Nederland, het kan dus. En nog goed zijn ook.Wijngoed Thorn, Maasvallei Limburg Riesling 2015

verkrijgbaar via o.a. Wijnimport J. Bart, € 13,00

Tekst en foto’s: Lars Daniëls MV

1 15 16 17 18 19 57
Page 17 of 57
nl Nederlands