Columns Archives - Pagina 42 van 79 - Perswijn

Columns

Columns

Column: De mythe van de mineraliteit

Dat de minerale kenmerken van de bodem in de wijn te proeven zijn, is een populaire en hardnekkige mythe in de wijnbeleving. Het mineralenverhaal, mooi en voor de hand liggend, geeft sinds de 20e eeuw richting aan de manier waarop veel wijnbouwers en wijnproevers naar wijn kijken. Verschillende decennia lang al snuffelen en slurpen we aan wijn op zoek naar mineralen. Wijnboeren pakken er mee uit: les arômes typiquement argilo-calcaire monsieur, en blinde wijnproevers raden zich te pletter: nope, het is geen kalk maar löss en leem, verkeerd, punt af.

Helaas waarde wijnliefhebbers, de witte kalk, het harde graniet, de schilferige leisteen en het penetrante vulkaansulfer van de wijngaardbodem zijn in ons aardige sapje onmogelijk te proeven. Wijnstokken zijn geen vervoersmiddel voor grondaroma’s en mineralen op zich hebben nauwelijks smaak.
De karakteristieke galets van Chateauneuf-du-Pape
De proefterm mineraliteit blijft wel belangrijk bij het beschrijvend wijnproeven. Als men specifieert wat men precies ruikt: rokerigheid, krijt of natte kiezel? De mythe van de mineraliteit echter hebben we voor niets nodig. Bij het opsnuiven van aardbei-aroma denkt niemand aan aardbeien in de wijngaardgrond. Waarom zouden we dat bij de geur van tegen elkaar geslagen vuurstenen wél gaan denken? Vuursteen kan effectief in de bodem zitten, dat is waar, maar bij de meeste silex-geurende wijnen kan men in de wijngaard zo diep graven als men wil: geen vuurstenen te bespeuren. Dus, een rechtstreeks verband is er niet, ook niet – zoals wel eens beweerd wordt – als de druivenopbrengsten beperkt blijven en de stokken meters diep in de grond wortelen. Jammer, dat wel, het klonk wel mooi.  En toch drukken natuurelementen wel degelijk hun stempel op het karakter van de wijn. Dat weten we al eeuwenlang.

In zijn Naturalis Historia uit de eerste eeuw na Christus schrijft de Romein Plinius de Oudere dat sommige wijnstokken zo verliefd zijn op hun woongebied (territorium) dat ze al hun roem aan die ene plaats toeschrijven en niet naar een andere plaats verhuisd kunnen worden zonder kwaliteitsverlies. Terroir wordt dit wereldwijd genoemd, naar Franse traditie, ook al beweren Italianen op het idee gekomen te zijn. Ik definieer terroir als het min of meer stabiele geheel van natuurelementen op een bepaalde plaats. Samen vormen die elementen het ecosysteem van de wijnstokken: klimaat, zonlichtenergie, reliëf, geologie en hydrologie. Dit terroir en de invloed ervan op de wijnstok worden mede bepaald door de wijngaardenier: wijze van aanplanten, snoei, loofwandbeheer, bodembewerking. Wetenschappers toonden onder meer verbanden aan tussen terroir en de kwaliteit van de tannine, de samenstelling van de zuren, de aromarijkdom of schraalte van een wijn en nog veel meer. Het hoeft geen betoog dat terroir voor wijnbouwers uitermate belangrijk is.
Snoeien en loofwandbeheer in de wijngaard
Mineralige aroma’s in wijn werden onder meer gekoppeld aan chemische verbindingen ontstaan tijdens de gisting en aan stikstofarmoede in de bodem. Dat is niet wat mineraliteitsmythologen graag horen. Mineraliteit of andere wijnaroma’s gelijkstellen aan terroir is gewoonweg foutief. Dat deze misinterpretatie vaak commerciële doeleinden dient, is niet eens het grootste probleem. Een veel groter probleem is dat sommige wijnboeren het zelf geloven. Hoe vaak heb ik eerlijke wijnbouwers fruitarme, zure en onzuivere wijnen weten verdedigen door te wijzen op typische terroir-toetsen uit de bodem. In Bourgogne zijn ze er kampioen in. Inderdaad, minder hygiëne, minder fruit en meer zuren geven aparte mineralige aardse smaakjes.

Wat ik beweer is dit: de mythe van de mineraliteit kan wijnboeren naar wijn doen kijken op een manier die niet bevorderlijk is voor de kwaliteit. Ze denken dat hun schrale of ruwe wijn precies is zoals hij hoort te zijn: niet het rijpe fruit is belangrijk, wel de expressie van het terroir. Waarbij ze terroir verkeerdelijk gelijkstellen met mineralen, aardsheid, alles wat niet fruit is. Laat ze maar, denk ik dan, geef mij liever een betaalbare Duitse klasse-pinot noir vol stralend fruit in plaats van dure instap-pinot noir uit Bourgogne vol zogezegd terroir. Een mooie fruitexpressie is ook een terroireffect, laat ons dat nooit vergeten. Tuurlijk willen we in onze wijn nog meer dan fruit, maar dat ‘meer’ zomaar terroir noemen is bij het haar getrokken.

Ik maak me geen illusies. De mythe van de mineraliteit is stevig verankerd in onze kijk op wijn. Door zoveel politieke, romantische en commerciële voordelen is hij onuitroeibaar. Eén iets wat ik de lezer toch wil vragen: als iemand het woord terroir ten berde brengt, vraag hem eens wat hij precies bedoelt. Misschien is dat een eerste stap…

Stefaan Soenen

Columns

Ook maar een mening: Masterclass in bescheidenheid

Wat is dat toch met die hardleersheid van ons, zelfbenoemde ‘wijnkenners’? Die er bij het blind proeven van wijnen zo vaak publiekelijk naast zitten, maar toch keer op keer willens en wetens weer de afgrond opzoeken door quasi zelfverzekerd te speculeren over de herkomst van wat ze in het glas hebben. Om daarbij dan opnieuw de plank volledig, of, in het gunstige geval, toch weer grotendeels mis te slaan. Het laat zich misschien al raden dat dit doorgaans proevers van de mannelijke kunne zijn.

Ik geef zonder schroom toe mezelf te beschouwen als een middelmatig proever. Soms aardig in de buurt, maar even vaak mijlenver ernaast. Niet altijd even consistent. Houd er maar op dat ik een drinker ben die het meer om beleving gaat dan om belering. Met als briljante verontschuldiging dat ik ooit, als waarnemer bij een seminar voor MW’s in opleiding, leerde dat analyse oneindig veel belangrijker is dan een appellation of, erger nog, een producent raden. Net als vroeger op school bij wiskunde de eigen argumentatie veel meer punten opleverde dan het van de buurman afgekeken eindantwoord.
Isole e Olena op vat (Foto: Pedro Benito Sáez)

De aanleiding voor deze overdenking is een recente dinerproeverij met bijzondere wijnen uit de kelder van mensenvriend Huib Brand, een van die zeldzame verzamelaars die hun schatten graag delen met gelijkgezinden in plaats van ze te laten vergaan tot azijn. Zo kan het dus ook. Huib doet dat met enige regelmaat. De gelukkigen die daar bij mogen zijn, zijn allemaal professionals van naam en faam, met een ruime ervaring op het gebied van innemen. Sommigen zou je zelfs zonder ironie als ‘goede proevers’ mogen bestempelen. Hoewel?Bij de eerste serie wijnen is de verwarring al compleet. De aanwezige MV’s schuwen in hun geldingsdrang de stellige uitspraken niet – dit moet witte Rhône zijn! –, maar de kandidate MW en de wetenschappelijk geschoolde oenologue de Bordeaux gebruiken wijselijk wat voorzichtiger bewoordingen. Want ja, de ene wijn doet denken aan botrytis, een andere aan lindebloesem en oxidatie, weer een andere aan Chablis. En dan blijkt het achteraf te gaan om een serie van zesmaal Meursault 1er Cru Perrières. Iedereen had bij bepaalde wijnen wel vermoedens richting serieuze witte Bourgogne, maar niemand die ze allemaal binnen een en dezelfde appellation kon of durfde plaatsen. Laat staan iets zinnigs over de producenten kon zeggen. Tweede serie dan. Met driemaal Cepparello en een aanverwante wijn van Paolo De Marchi’s Isole e Olena in Chianti, een van Huibs oudgediende leveranciers.  Een van de wijnen springt eruit als afwijkend, bijna Chileens, maar over de rest is het gezelschap het wel eens: Italiaans. Puntje geschoord, maar daar houdt het dan ook mee op, want niemand zegt hardop Cepparello. Die ‘Chileen’ blijkt trouwens een individuele partij van 2006 te zijn die als Chianti Classico Gran Selezione is uitgebracht.  Hoezo atypisch?  Verwarrend. En leerzaam.
Chateau Palmer 1990
In de derde serie tweemaal Bordeaux. En wat voor Bordeaux! Werkelijk grote klasse en dus (!?) absoluut linkeroever. Dat lukt ons goddank allemaal nog wel. Maar om welk château mag het dan wel gaan? Tja, umme. Stilte. Blijkt het om Palmer 1990 en 1989 te gaan! Aha. Achteraf doen we dus allemaal stoere uitspraken in de trant van ‘ja, ik dacht al zo iets’. Werkelijk?  Waarom zeiden we dat dan niet eerder hardop?Ter afsluiting nog drie ports van een en hetzelfde huis. Twee zeer zeldzame, op mandfles opgevoede garrafeiras uit 1977 en 1952 en een houtgerijpte colheita 1963 van Niepoort. Puur geluk natuurlijk, zelfs wanneer je volledig in het duister tast over globale leeftijd en al helemaal over precieze jaren. Grote wijnen om als drinkende proevers klein van te worden. Want wat wisten we er met ons allen zonder hulp van de schenker weinig thuis te brengen. Nog maar eens een lesje in bescheidenheid. Maar dat we er ondanks alle missers ongelooflijk van genoten hebben, staat buiten kijf. Noem het maar rustig als ultieme beleving. En is dat niet waar het in essentie bij wijn om gaat? Er is nog zo heel veel meer dan châteautje of jaartje raden. Gelukkig maar.

René van Heusden

Andermans woorden

Herten en zwijnen omleggen, zo doe je dat!

Echoput empowers the driveDe Echoput is twee weken lang exclusief het decor voor de presentatie van de Q60, het nieuwe paradepaardje van Infiniti. Doordeweeks laat de krachtpatser genodigden zien wat het onder de motorkap heeft, om vervolgens in de weekenden te mogen rusten en te worden bewonderd door onze hotelgasten. We zijn erg trots om dit grootse event te mogen hosten.
Mededeling van hotel-restaurant De Echoput inzake de presentatie van een nieuw type automobiel voor patjepeeërs met gebruikmaking van lachwekkend Engels. Lekker belangrijk? Get real, please. De kreet ‘Echoput goes wild’ in dezelfde nieuwsbrief komt hiermee trouwens wel in een apart daglicht te staan. Road kill, hoe zeg je dat eigenlijk in het Nederlands? 
Illustratie geinspireerd door de Echoput nieuwsbrief

Andermans woorden

One of the cheapest?

[Frescobaldi’s] 2013 release is one of the cheapest Masseto vintages on the market.In the US, it was this week available for between $ 600 and $ 700 per bottle at several retailers, in bond. 
Fel realistische mededeling op decanter.com inzake de Toscaanse cultwijn Masseto. Hoeveel moet een wijn daar wel niet kosten om als ‘expensive’ te worden aangemerkt? 
Masseto

Andermans woorden

Geen stijl

Heeft pionier Hamilton Russell last van de wet van de remmende voorsprong? Daar lopen de meningen over uiteen, maar zeker is dat ze zelf ook niet hebben stil gezeten. In 2010 worden veel technische verbeteringen doorgevoerd en in 2015 begroetten ze hun eerste organische vintage. Verder werken ze samen met de University of Burgundy in Dijon, Frankrijk.
Ze begroetten hun eerste organische vintage? Tenenkrommend ongrammaticaal Nederlands op de site van I Love Food and Wine. (Inmiddels aangepast.)
Anthony Hamilton Russell

Columns

Column: Over smaak valt te twisten

Ook al heeft wijn geen objectieve eigen smaak, maar alleen een door gebruikers ervan toegedichte, toch valt er weldegelijk over te twisten. We moeten er zelfs over twisten, juist vanwege dat subjectieve element. Dat wil zeggen: netjes discussiëren en argumenten uitwisselen. Wat iets anders is dan zomaar iets roepen.
Want los van objectief en subjectief, er zijn nu eenmaal verschillen in smaak, tot in het oneindige. Al was het maar dat elementaire verschil tussen zoet en soepel voor ‘beginners’ en strak en complex voor ‘kenners’. Ook valt er niet aan te ontkomen om aan die verschillen een waardeoordeel te verbinden. Dat sommige wijnen ‘beter’ zijn dan andere, valt namelijk tot op vrij grote hoogte te beargumenteren. Zij het nooit in absolute zin, want smaakbeleving is en blijft iets persoonlijks. Laat staan dat die verschillen te kwantificeren zijn in punten – dat lijkt typisch iets voor gefrustreerde alfa’s die zo nodig de exacte bèta wensen uit te hangen.
Bij automobielen weet toch ook iedereen hoe de wereld in elkaar zit?
Die verschillen maken wijn tot zo’n fascinerend product. Met complexiteit als aantrekkelijkste eigenschap. Wijn is allerminst simpel en kán dat ook niet zijn, wat allerhande valse volksvrienden, al dan niet door commerciële belangen gedreven, daarover ook wensen te beweren. Daarom zijn ook niet alle meningen over wijn evenveel waard. Een mooi verhaal is één ding – dat beroemde ‘verhaal achter de wijn’! –, uiteindelijk zijn het toch de feiten die de doorslag geven. Ook in een tijdsgewricht waarin wensdenken nogal eens leidt tot regelrechte ontkenning van feiten. Wat dan zelfs als ‘anti-elitaire’ deugd beschouwd wordt. Zie de politiek.  

In Nederland heerst nog teveel een ‘cultuur’ die bewondering voor een lage prijs voorrang geeft boven bewondering voor een hoge kwaliteit, c.q. waarde. Waarbij waarde overigens niet hetzelfde is als – exorbitante – prijs. Lidlgangers zijn in dat opzicht net zo erg als hoger opgeleide grootverdieners die zich laten ringeloren door zogenaamde ‘aanbiedingen’ in de NRC. Of als verzamelaars van alleen maar Grote Namen. Hoe zei Nederlands grootste verzamelaar het recentelijk nog in een interview in diezelfde NRC? Dat hij geen 3000 euro afdrinkt aan een fles met die prijs. Natuurlijk niet. Is wijnbeleving immers niet grotendeels illusie? Een ‘vondst’ is in Nederland eerst en vooral een wijn met een zekere naam, bijvoorbeeld Chablis of Châteauneuf, die voor een discountprijs aangeschaft kan worden. Hoe die dan smaakt, doet er eigenlijk veel minder toe. Waarom zou je meer betalen als het zo goedkoop kan? Omdat je dan in negen van de tien gevallen meer waar voor je geld krijgt. Kwaliteit. Voor alle waar geldt dat kwaliteit een prijs heeft. Dat is primair een kwestie van intrinsieke waarde. Wat, het zijn nog maar een benadrukt, iets anders is dan bizarre toestanden als gevolg van totaal irrationele marktwerking. 

Confronteer een prijskoper blind met diens ‘vondst’ en een ‘serieuze’ versie van dezelfde wijn met de vraag de lekkerste aan te wijzen. Dan kiest die in de meeste gevallen voor de duurdere versie. Drie keer raden hoe dat komt. Wanneer iemand er het geld niet voor (over) heeft, soit, maar a.u.b. niet te zaak omdraaien en de lage prijs als ultiem genotcriterium hanteren. Bij automobielen weet toch ook iedereen hoe de wereld in elkaar zit? Alle nuances ten spijt, benoemen van kwaliteit en kwaliteitsverschillen is geen louter subjectieve aangelegenheid. Die verschillen zijn in hoge mate verklaarbaar aan de hand van  goede, op feiten gebaseerde argumenten. Evenals waarom kwaliteit een zekere objectieve prijs heeft. Je kunt niet voor een dubbeltje op de eerste rij zitten. Maar evenzogoed geldt dat je vanaf 40, 50 euro vooral voor gebakken lucht betaalt. Is een fles van 500 euro tien keer lekkerder dan een van 50? En een van 3000 euro zestig keer? Natuurlijk niet.  Daar ligt een mooie educatieve taak voor eenieder die werkelijk professioneel met wijn bezig is, in de handel, in de gastronomie of in de journalistiek. Wijn mag best ergens over gaan. Het hoeft niet allemaal zo simpel, toegankelijk en ongecompliceerd. Of, minstens zo erg, clichématig. Je doelgroep behandelen als minderjarigen getuigt alvast van weinig respect. 

Kennisoverdracht is een kwestie van autoriteit, waarbij autoriteit alleen gebaseerd kan zijn op ervaring, referentie en het vermogen om kwaliteit te kunnen herkennen. Waarbij feiten tellen en niet fabeltjes. Autoriteit is ook een eigen weg durven gaan in plaats van de massa te volgen. Verschil moet er zijn. Daarover valt niet te twisten. René van Heusden

Andermans woorden

Stralend 2016

Après un été aux conditions climatiques hors du commun, le millésime 2016 promet d’être grand et inattendu. 
« Le Rayonnant » c’est ainsi qu'a été baptisé le millésime 2016 alors même que les vendanges débutent, paisibles, à la carte, permettant d’espérer et d’attendre un nouveau grand millésime à Angélus. Rayonnant à l’image du soleil qui a régné quasiment sans partage sur les vignes durant les trois mois d’été. Rayonnant comme un millésime qui s’annonce d’ores et déjà surprenant et exceptionnel. Château Angélus kondigt bij het begin van de pluk een Stralend 2016 aan. Door de vele zomerse zonneschijn zou het een ‘verrassend en uitzonderlijk’ oogstjaar moeten worden. Dat weten ze nu al.
Château Angélus

Andermans woorden

Leerzaam!

Olivier Leflaive Saint Aubin 1er CruDoor de diversiteit van mineralen in de bodem en de bijzondere ligging heeft deze wijn vanilletonen en een elegante kruidigheid, naast een zeer fijne structuur en fruitaroma’s van perzik, appel en gedroogd fruit.
Volgens wijnclubgriffioen.nl komen vanillearoma’s helemaal niet van eikenhouten vaten, maar zijn ze het gevolg van een minerale bodem en een bijzondere ligging van de wijngaard. Weer wat geleerd.
Bron: Website Olivier Leflaive

Andermans woorden

Krompraat

De Italiaanse wijn Asti Spumante komt al meer dan 100 jaren voor in de regio Piemonte. De wijn is een zoete bruisende wijn, een beetje te vergelijken met een mousserende schuimwijn [sic!!!]. Asti Spumante wil letterlijk in het Italiaans zeggen: bruisende wijn. De druiven worden gekweekt rondom de koele heuvels en in de frisse bodemgesteldheid wat de druiven een optimale smaak geeft. De wijn wordt gebrouwen [sic!] van een niet zo bekende druif namelijk van de muskaatdruif.
Italiaansewijnwijzer.nl. Nader commentaar hopelijk overbodig. (Zucht…)

1 40 41 42 43 44 79
Page 42 of 79
nl Nederlands