Overpeinzingen op maandag: Klimaatverandering. Waarom niet meer mousserend in Nederland?
Afgelopen dagen was ik op reis door Duitsland om daar te kijken naar de laatste ontwikkelingen op het gebied van Sekt, de Duitse mousserende wijn. Een leerzame trip. De consumptie van mousserende wijnen bij onze oosterburen is immens, veel groter dan je zou denken. Natuurlijk gaat dat voornamelijk om zeer goedkope, vrij zoetige mousserende wijnen, waar grote bedrijven als Henkell en Rotkäppchen het patent op hebben. Maar ja, daar is gewoon de (super)markt voor. Maar ook de betere producenten floreren, en de wijnhuizen die Sekt maken schieten als paddenstoelen uit de grond.
Eigenlijk zien we op dit moment overal dezelfde ontwikkeling. Mousserende wijnen zijn verreweg de snelst groeiende wijncategorie. Wat me even deed afvragen waarom de jonge Nederlandse wijnbouw daarop niet veel meer inhaakt. We zien wel een paar goede en gevestigde namen als Apostelhoeve en Kleine Schorre met een prima mousserende wijn in het assortiment, maar verder is het nogal stil op dit gebied. Bij onze zuiderburen, In Wallonië, zijn inmiddels twee heel succesvolle bedrijven die meer dan 100.000 flessen mousserende wijn maken, die probleemloos worden verkocht. De enige nieuwe wijngaard die inspeelt op deze ontwikkeling is het Wijndomein Holset, bij Vaals. Dit 6,5 hectare grote wijngoed, aangeplant vanaf 2009, is volledig gewijd aan de productie van mousserende wijnen. Een slimme zet, zo lijkt me.
Degenen die hun wijngaarden langer geleden hebben aangeplant, lijken hier de boot te missen. Destijds waren veel van de nieuwe wijnboeren blijkbaar vooral geïnteresseerd in het maken van donkere en krachtige rode wijnen. Die waren toen ook in de mode. Een keuze die ik in ons klimaat nooit goed heb begrepen. Ik weet het, ik word door deze en gene voor een kritische zeurkous versleten. Maar modes gaan nu eenmaal voorbij. Met de kennis van nu, met de trend naar licht en elegant, ook bij rood, valt deze keuze mijns inziens ook achteraf moeilijk te rechtvaardigen. Het probleem van wijnbouw is dat je een wijngaard aanplant voor de lange termijn. Degenen die het het beste doen, zijn toch de producenten die werken met klassieke druivenrassen, en meestal wit. Daarom ook kunnen Kleine Schorre en Apostelhoeve nu een goede mousserende wijn maken. Ik denk dat met de verdergaande klimaatopwarming ook voor mousserende wijnen in de klassieke druiven de toekomst ligt. Ik vermoed dat op bepaalde plekken in Limburg zelfs pinot noir en zeker de vroegrijpe meunier ook prima als basis voor mousserende wijnen zou kunnen dienen. Holset werkt al met succes met chardonnay. Dat lijkt me nu eens een mooie uitdaging voor een ondernemende durfal.
Ronald de Groot