Achtergrond & Interviews Archives - Pagina 11 van 57 - Perswijn

Achtergrond & Interviews

Achtergrond & Interviews

Chris Alheit: wijnmaken aan de Hemelrand

In de huidige Perswijn #8 2019 gaat Deel 4 van de serie Wijnliefde over de Zuid-Afrikaanse wijnmakers Chris en Suzaan Alheit. De Alheits begonnen hun bedrijf Alheit Vineyards in 2010 en behoren sinds hun allereerste wijn, Cartology 2011, tot de meest toonaangevende (witte-)wijnproducenten van het land. In de tussenliggende jaren trouwden ze en kregen ze drie kinderen, die inmiddels tussen de (bijna) 3 en 8 jaar oud zijn. Hun tweede dochter werd kort na de oogst van 2012 geboren. Tot dat moment kon Suzaan nog wel meewerken in het bedrijf, maar toen de tweede er eenmaal was, werd dat te lastig. Suzaan is de laatste jaren vooral fulltime moeder geweest en hoopt in 2020 weer mee te gaan draaien in Alheit Vineyards, zodra zoon Ben halve dagen naar school kan. Omdat Chris de afgelopen jaren buitenproportioneel veel in het bedrijf gewerkt heeft, is het leuk om middels dit webartikel nog wat extra aandacht te kunnen besteden aan zijn verhalen.

Alle druiven worden verwerkt in de Hemelrand kelder in de Hemel-en-Aarde Ridge

 

‘Over de eerste Cartology waren wij zelf niet zo tevreden’

Chris: ‘Wij stonden er zelf van te kijken hoe onze eerste wijn, de Cartology 2011, aansloeg bij pers en publiek. We wilden ermee uitdragen dat we trots mogen zijn op het wijnbouwerfgoed van Zuid-Afrika, dat we hier met de oude wijngaarden en bijzondere terroirs in de Westkaap echt iets heel bijzonders in handen hebben, iets wat gevierd mag worden. Het was ook een eerbetoon aan Rosa Kruger, die ons zo geholpen heeft bij het vinden van die wijngaarden. Het is een blend van oude stokken chenin blanc en sémillon uit verschillende wijngaarden en regio’s: Skurfberg, Paardeberg, Stellenbosch, Franschhoek… Hij sloeg in als een bom, het was de juiste wijn op het juiste moment, blijkbaar. Zelf vonden we die 2011 alleen wat te rijk en krachtig. Hij had voor botteling zelfs nog restzoet, waardoor we voor de enige keer in die acht jaar een wijn steriel hebben moeten filteren! Iets wat we per se nooit willen. Klaren doen we ook nooit en filteren doen we alleen indien nodig, en dan met een zodanig grove filter dat er geen gist in de wijn achterblijft maar nog wel bacteriën. De wijn lijkt dan voor het oog helder, maar is allesbehalve steriel.’

De wijnen van Alheit Vineyards

 

‘Naar Magnetic North ben je zo 4 uur onderweg’

De wijngaarden zijn altijd meer het werkterrein van Chris geweest, hoewel ook Suzaan afstudeerde in zowel wijnbouw (viticulture) als oenologie. Zij heeft echter nooit als viticulturist gewerkt. In de kelder heeft Chris enkele medewerkers/stagiairs en vanaf de oogst 2020 is ook Suzaan er weer bij. De oude, ongeïrrigeerde bushvine-wijngaarden die de Alheits leasen, liggen verspreid over de Westkaap: van Skurfberg in het noorden tot Franschhoek een stuk zuidoostelijker. In de Hemel-en-Aarde Ridge, aan de zuidkust van Walker Bay, bevinden zich de jongste wijngaarden. Deze zijn in 2010 aangeplant bij de wijnkelder waar de Alheits hun druiven tot wijn verwerken. Deze ‘Hemelrand’ winery is eigendom van een Nederlandse familievriend – wiens vrouw het kamergenootje van Chris’ moeder was op de universiteit –, Hans Evenhuis. Hij teelt hier chardonnay, roussanne, verdelho, chenin blanc, viognier en muscat, waarvan Alheit Vineyards de wijn Hemelrand Vine Garden produceert. Chris en Suzaan wonen 20 minuten verderop, in Onrus, naast (wijn)vrienden Peter-Allan en Nicolene Finlayson. Chris: ‘Van hieruit rijd ik regelmatig langs alle wijngaarden. De ene is maar 1,5 uur rijden, zoals de Radio Lazarus wijngaard bij Stellenbosch, maar om bij de Magnetic North wijngaard te komen (Skurfberg), ben je zo 4 uur onderweg. Zelfs 5 uur per truck, als we de druiven vervoeren.’

Chris in de inmiddels opgegeven Radio Lazarus wijngaard. Foto: Alheit Vineyards

 

‘De Radio Lazarus wijngaard is altijd een enorme struggle geweest’

Radio Lazarus is – of beter gezegd: was… – een oude cheninwijngaard in Bottelary Hills, Stellenbosch (en vernoemd naar de radiozendmast die er staat). Hiervan maakten Chris en Suzaan in 2012 hun eerste ‘single vineyard’ wijn. Chris: ‘Een prachtige plek, op de heuveltoppen. De rendementen waren altijd al heel erg laag, maar de meeste stokken zijn doodgegaan door de droogte van 2015, 2016 en 2017. 2017 was de nekslag: een van de percelen is nu nagenoeg compleet verwoest, nog maar 5% van de stokken is in leven. Van de andere percelen is dat misschien 15-20%. Het is niet alleen dat de stokken uiteindelijk doodgaan door watergebrek, maar ook doordat de antilopes en bokkies vanwege de extreme droogte geen ander voedsel kunnen vinden dan die groene wijngaarden…’ 2017 was het laatste officiële oogstjaar van Radio Lazarus, in 2018 werden er nog maar acht kratjes druiven geoogst. Chris: ‘Ik ben er flink ziek van geweest, het was emotioneel zwaar om deze wijngaard te laten gaan. Het was de eerste wijngaard die we zelf gingen farmen en waar we onze eerste single vineyard wijn van maakten. Hij is aangeplant in 1978, op een koele plek op 400 meter hoogte met een stenige bodem van schalie met wat graniet. Hij werd jarenlang gebruikt voor bulkwijnproductie, maar ik geloofde dat we er iets heel bijzonders van konden maken. En dat is gelukt; na vijf jaar was ik heel trots op hoe de wijngaard er in 2015 en 2016 uitzag. Maar vanaf 2016/2017 ging het keihard achteruit. We hebben er een hoop tijd, moeite, geld en passie in geïnvesteerd. Het is altijd een enorme struggle geweest met die wijngaard, dus het is op een gekke manier ook weer een opluchting dat het nu voorbij is. It’s time to say goodbye. En het is mooi dat de stokken, die anders al in 2010 waren gerooid, nu toch nog zeven jaar “hun ding” hebben kunnen laten zien, waarvan vijf oogstjaren in hun eigen fles, als single vineyard.’ Chris was al enkele jaren op zoek naar een andere te pachten wijngaard in Stellenbosch en die heeft hij in 2019 gevonden. ‘Iets heel spannends, maar gelukkig niet zó moeilijk als Radio Lazarus.’ Wordt vervolgd.

Wijnen van Alheit Vineyards in de opslag van de Hemelrand winery

 

‘We hebben op al onze etiketten Bijbelteksten verborgen’

Bij Chris en Suzaan Alheit thuis hangt een kruis aan de muur en ook in het logo van Alheit Vineyards valt een kerkje op… Chris: Ja, we zijn allebei christenen, we both love the Lord. Dat is een belangrijk deel van ons leven. Zuid-Afrika zit vol met happy clappers,’ zoals Chris zichzelf en andere liefhebbers van moderne evangelische gospelmuziek noemt. ‘De wijnwereld is nogal seculier, dus het is best een beetje vreemd om bijbels en religieus te zijn, geloof ik. Maar in Zuid-Afrika is het niet zo ongebruikelijk, hier heb je veel gelovige wijnmakers. Suzaan en ik hebben op al onze wijnlabels Bijbelteksten verborgen, maar mensen zien ze nooit. Met een vergrootglas kun je ze vinden…’

Huilkrans label

 

‘Rosa Kruger hielp ons met Skurfberg’

Viticulturist Rosa Kruger, specialist in oude Zuid-Afrikaanse wijngaarden (d.w.z. van 35 jaar en ouder), heeft Chris en Suzaan in hun begintijd geholpen bij het vinden van wijngaarden. Chris: ‘Zij werkte toen (rond 2011) als wijngaardmanager voor wijnhuis L’Ormarins (onderdeel van Anthonij Rupert Wines) in Franschhoek. Haar baas, Johann Rupert, financierde het Old Vine Project omdat hij wilde voorkomen dat oude stokken gerooid werden. Dat gebeurde toentertijd namelijk veel omdat boeren er te weinig mee verdienden, vanwege de lage oogstrendementen. Dus Johann Rupert stuurde Rosa op pad om die wijngaarden te vinden en in kaart te brengen en maakte die lijst vervolgens voor iedereen beschikbaar. Hij wilde zo het wijnbouwerfgoed van de Westkaap behouden, door te voorkomen dat boeren die oude stokken eruit zouden trekken. Wij kenden Rosa als vriendin, ze gaf ons goed advies en hielp ons bijvoorbeeld met wijngaarden in Skurfberg, want L’Ormarins wilde niet alle druiven kopen van alle wijngaarden die Rosa vond.’

Oude cheninstokken in Skurfberg, Citrusdal Mountain, voor de cuvée Huilkrans. Foto: Alheit Vineyards

 

‘Wijn is het meest interessante en complexe voedsel dat er is

Het doel van de Alheits is om wijnen te maken van bijzondere Kaapse wijngaarden en in elke wijn de unieke stem van zo’n wijngaard te vangen. Daarom geloven ze in wijnmaken met minimale interventie in de kelder. Om diezelfde reden willen ze ook in de wijngaarden zo natuurlijk mogelijk werken, en daarvoor is controle over het wijngaardwerk belangrijk. In 2019 hebben de Alheits voor het eerst land kunnen kopen: 20 hectare oude bushvine chenin blanc op granietbodem bij de Paardeberg in Swartland. Chris: ‘Een farm waar we al lang fruit van kochten, onze cuvée Fire by Night komt er vandaan. Het leek een perfecte keuze om ons daarmee te verbinden als een zekere bron voor de toekomst. Want ik denk dat onze strategie moet worden om minder bronnen te hebben en meer af te gaan nemen van elke bron, zodat we meer en meer controle krijgen over de bewerking van de wijngaarden. Biologisch werken is iets wat ik steeds belangrijker ga vinden. Want wijn is als voedsel, het meest interessante en complexe voedsel dat er is, en je wilt alleen gezondheid en kwaliteit in je lichaam stoppen. We willen dat de microbiologische populatie van een bepaald terroir zijn werk kan doen in de wijn.’

Meer dan 80 jaar oude sémillonstokken in de wijngaard La Colline in Franschhoek. Foto: Alheit Vineyards

 

‘Aan ons wijnmaakproces komen geen toevoegingen te pas’

Als je inoculeert met fabrieksgisten kun je niet meer over terroir spreken, vindt Chris. ‘Aan ons wijnmaakproces komen geen toevoegingen – zelfs geen sulfiet in de eerste zes maanden – te pas, want dan neem je de eigen natuurlijke complexiteit van de plek weg. Als je geen gisten toevoegt en je een schone kelder hebt, weet je dat natuurlijke vergistingen echt van de wilde gisten uit de wijngaard komen. Daarom stomen we onze (oude) eikenhouten vaten ook en reinigen we de druivenpers tussen de persingen van verschillende wijngaarden met peroxide. Peroxide is in een paar uur weg, het verdampt in water, maar doodt wel alles. Het eerste deel van de vergisting wordt door allerlei inheemse giststammen gedaan, daarna nemen de Saccharomyces het over, want dat is de enige die kan overleven. En ook voordat de vergisting begint, zijn er allerlei bacteriologische processen gaande die bijdragen aan de complexiteit van de wijn. In principe gaan alle wijnen na de alcoholische fermentatie door de malolactische zuuromzetting omdat we niet filteren en niet zwavelen. Ons doel is altijd om wijnen te bottelen die door beide vergistingen zijn gegaan en daardoor stabiel zijn. De wijnen van de Skurfberg worstelen vaak om door de malo te gaan vanwege hun lage pH en hoge zuurgraad, vooral de Magnetic North. Op zich is dat oké, als je wijn maar droog en zuiver is en je de vaten goed bijgevuld houdt. Soms helpt het stimulerend om de lie op te roeren, dan komt de malo soms in het voorjaar weer op gang. Maar dat kan alleen als je niet veel meer dan 20 mg/l sulfiet hebt toegevoegd, anders krijg je sowieso geen malo meer.’

De jongste wijngaarden van Alheit Vineyards, bij de Hemelrand winery.

 

‘Een oogstjaar voelt als een baby, je zorgt ervoor.’

Chris: ‘Ik kijk er echt naar uit om Suzaan vanaf 2020 weer parttime terug te hebben in de winery in de Hemel-en-Aarde Ridge, niet ver van ons huis. Ze wil graag weer mee gaan helpen. Onze kleinste is dan drie en gaat naar de peuterschool. Dus aankomende oogsttijd duikt ze er weer in: sap rondpompen, vergistingen checken; ze moet echt het hele proces weer meemaken, zodat ze het oogstjaar vanaf het begin kan leren kennen. Een oogstjaar voelt als een baby, je zorgt ervoor. Maar ik wil dat Suzaan geen druk voelt; ze moet kunnen komen en gaan wanneer ze wil, want ik steun het en respecteer het enorm dat ze heeft heel bewust gekozen voor het moederschap als prioriteit in haar leven. Dat was een groot offer van haar, maar het is geweldig voor de kinderen.’

 

Karin Leeuwenhoek

Achtergrond & InterviewsNieuws

Librije wint Grand Concours Bollinger: AbFab Bollinger meets Zwolse superioriteit

Tijdens de vakbeurs Gastronomie/Fine Food Professional heeft restaurant De Librije*** de eerste editie van de wijn-spijscompetitie Grand Concours Bollinger gewonnen. Het Amsterdamse Taiko serveerde het beste voorgerecht. Behalve het prijzengeld van 7.500 euro, mag het Librije-team in 2020 naar Champagne Bollinger in Aÿ afreizen om hun wijn-spijscombinaties te presenteren aan de directie van Bollinger en hun genodigden. Onze Zwollenaren zullen die Fransen eens laten zien wat echt koken is.

Achtergrond & InterviewsGeproefd & Beoordeeld

Proefnotities: Grosses Gewächse van 2017 en 2018, Extreme jaren, uitzonderlijke wijnen

In het actuele nummer van Perswijn (2019-7) staat een groot artikel van Magda van der Rijst en Lars Daniëls over de nieuwe Grosse Gewächse van de VDP. Voor de witte wijnen gaat het vooral om wijnen uit 2018, voor de rode wijnen met name om 2017. Twee extreme jaren om verschillende redenen, die uitzonderlijke wijnen hebben voortgebracht. Hier verschijnen per belangrijke regio de proefnotities van Lars Daniëls:

Achtergrond & Interviews

Wijn proeven met Julien de Beaumarchais de Rothschild

‘Domaine de Baronarques: setting the standard for Languedoc wines’

In bed with Madonna? Tea with the queen? Laat maar zitten. Ik zat aan tafel met Julien de Beaumarchais de Rothschild, mede-eigenaar van Château Mouton de Rothschild en jongste zoon van barones Philippine de Rothschild. En niet om zijn Moutonnetjes, maar voor de drie wijnen van hun enige andere in Frankrijk gelegen wijndomein, Domaine de Baronarques in de Languedoc.

Achtergrond & Interviews

De sterren van de VDP

Zoals ieder jaar werd eind augustus 2018 in Wiesbaden een groot deel van de nieuwe Grosse Gewächse (GG) van de Verband Deutscher Prädikatsweingüter (VDP) voorgesteld. Daarbij ging het voor wit grotendeels om wijnen uit 2017 en voor rood vooral om 2016, met als sterren Riesling GG en Spätburgunder GG. Lars Daniëls doet verslag.

Achtergrond & Interviews

Grote neus, beter ruiken? KNO-arts Dick Kooper beantwoordt deze en andere vragen over (wijn)ruiken.

Magda van der Rijst sprak voor ons decembernummer (Perswijn#8, 2018) met KNO-arts Dick Kooper over ruiken en ons reukorgaan. Dick Kooper is gespecialiseerd in reukstoornissen en beschouwt de neus als een fenomenaal zintuig. In Perswijn vertelt hij er meer over en voor de website beantwoordt hij nog enkele prangende vragen waarop iedere wijnliefhebber het antwoord wil weten. En whisky-liefhebbers, zoals deze KNO-arts zelf, ook.

KNO-arts Dick Kooper
  • Dick P. Kooper (Den Haag, 1963)
  • Opleiding Geneeskunde: Erasmus Universiteit Rotterdam, 1985–1991
  • Specialisatie keel-, neus- en oorheelkunde (KNO): VU Amsterdam, 1994–1998
  • Extra aandachtsveld: reukstoornissen
  • Werkzaam bij: Reinier de Graaf Groep, Delft, sinds 1999

1. Heeft het formaat van je neus invloed op je reukvermogen?

Dick Kooper: ‘Nee. Als het om het formaat zou gaan, dan gaat het om de omvang van het reukepitheel dat de geurdeeltjes opvangt. Dat reukepitheel is 4 cm2 groot. Stel dat daar 2 mm bij komt, dan zal dat de neus niet vergroten en het zal het reukvermogen niet significant verbeteren.’

2. Wat is goed ruiken?

Dick Kooper: ‘Dat is een lastige vraag om te beantwoorden. In het ziekenhuis hebben we te maken met mensen die aangeven niets te ruiken of die vinden dat ze slechter ruiken dan voorheen. Met de reuktest, eventueel aangevuld met CT of MRI-scan, meten we de activiteit van smaak- en geurreceptoren, zenuwen en hersenen. Uit die onderzoeken komt een uitslag die de basis vormt voor al dan niet een bepaalde behandeling. Die uitslag is onder andere gebaseerd op het kunnen ruiken en herkennen van basale geuren als vis en koffie. Bij wijn ligt ‘ruiken’ veel ingewikkelder. Dat gaat veel verder dan de basale geuren en heb je bij de identificatie met persoonlijke herinneringen en emoties te maken.’

Enkele getrainde neuzen van het Perswijn proefpanel. Vlnr.: Marc Collard, Frank Jacobs, Udo Göebel, Lars Daniëls.

3. Kan de reuktraining goed ruikende mensen helpen om nog beter te gaan ruiken?

Dick Kooper: ‘De reuktraining bestaat uit drie maanden lang dagelijks twee à drie keer aan vier etherische oliën ruiken. Hier gaat het niet meer om de herkenning van die geuren, maar om de prikkels die de geurdelen na het opsnuiven doorgeven en daarmee de hersenen activeren. In die zin kan reuktraining ook bij mensen zonder reukprobleem helpen om de hersenen actiever te maken. Maar als je beter aroma’s in wijn wilt leren herkennen of een Bordeaux van een Bourgogne wilt kunnen onderscheiden, dan moet je trainen. Ik weet niets van wijn proeven, maar houd wel van whisky en om aroma’s in whisky te kunnen duiden, geldt ook: trainen!’

4. Waarom bestaat de reuktraining uit de geuren roos, citroen, eucalyptus en kruidnagel?

Dick Kooper: ‘Het zijn geuren die ver uit elkaar liggen, die stuk voor stuk een goede herkenbaarheid hebben en die over de hele wereld bekend zijn. Daarom zijn ze ook praktisch om internationale onderzoeken met elkaar te kunnen vergelijken.’

5. Hoe onderhoud je je neus?

Dick Kooper: ‘De neus die onderhoudt zichzelf doorgaans uitstekend. Het is een zelfreinigend orgaan met een zuiverende werking. We produceren dagelijks veel snot. Per dag gaat er heel wat door onze neus wat we, ongemerkt, met slijm inslikken. De vuile stoffen worden vervolgens door het lichaam afgebroken en afgevoerd. Veel onderhoud heeft de neus niet nodig. Als het om goed ruiken gaat, ook op hogere leeftijd, is het vooral van belang dat je je hersenen actief houdt. Zorg ervoor dat die voldoende prikkels ontvangen.’

Magda van der Rijst

Achtergrond & Interviews

Saint-Joseph: De andere kant van de Rhône

Er zijn van die wijngebieden waar je gewoon wat extra’s mee hebt en voor mij is Saint-Jo, zoals ze ter plaatse vaak zeggen, er daar een van. Misschien speelt mee dat het de underdog van de noordelijke Rhône is, dat sowieso een fantastisch gebied is voor wijnliefhebbers. Bij een groot publiek is Saint-Joseph vrij onbekend en zelfs onbemind, terwijl daar geen reden meer toe is. Dat werd me voor het eerst duidelijk toen we onze zomervakantie doorbrachten op een camping in Saint-Jean-de-Muzols, een dorpje net ten noorden van Tournon-sûr-Rhône in het klassieke hart van de AOC. Terwijl vrouw en kinderen in het zwembad lagen, mocht ik kort een paar topproducenten in Mauves bezoeken en proefde er grandioze wijnen van syrah, marsanne en roussanne uit spectaculair steile terraswijngaarden. Terug op de camping deden we ons met name tegoed aan de betaalbare Saint-Joseph van de Cave de Tain en die van Domaine de la Côte Sainte-Épine, dat tegenover de camping ligt. Het leven was heel goed en we sloten Saint-Joseph in het hart.

Kaart Rhône & Saint-Joseph

Invloed van de baron

Saint-Joseph is een van de langste aaneengesloten appellations van Frankrijk; het gebied strekt zich uit tussen Chavanay bij Condrieu in het noorden en GuilherandGranges tegenover Valence in het zuiden. De appellation verenigt het noordelijke en zuidelijke deel van wat bekendstaat als le Rhône septentrional. De afstand van noord naar zuid binnen Saint-Joseph bedraagt iets meer dan 55 kilometer. De AOC is echter niet altijd zo langgerekt geweest. De originele AOC Saint-Joseph, officieel ontstaan in 1956, besloeg slechts een gebied van 90 hectare rond 6 dorpen: Vion, Lemps, Saint-Jean-de-Muzols, Tournon-sûr-Rhône, Mauves en Glun. Deze liggen allemaal in het zuidelijke deel en waren al bekend lang voordat de AOC geboren werd, toen hun wijnen verkocht werden als Vin de Mauves of zelfs onder een nog specifiekere naam, zoals Blanc des Oliviers (naar de beroemde wijngaard voor witte wijn Les Oliviers) en Rouge de Sainte-Épine (naar de goede helling bij Saint-Jean-de-Muzols). Toen de producenten gingen werken aan een eigen appellation, kwam al snel het probleem van de naamkeuze bovendrijven. Jean Gonon van Domaine Pierre Gonon, een van de topproducenten van het gebied, vertelt over de keuze voor de naam Saint-Joseph, die volgens de overlevering ongeveer als volgt tot stand is gekomen: ‘Saint-Joseph moest eigenlijk Vin de Tournon gaan heten volgens Baron le Roy, de grote man achter het appellationsysteem. Maar dat wilden bepaalde boeren niet, ze wilden geen naam van een dorp of een stad. “Ik heb een perceel in de beste lieu-dit, genaamd Saint-Joseph”, zei iemand en dat wás ook de beste lieu-dit, daarover bestond wel consensus. “Dan wordt het AOC Saint-Joseph”, schijnt de baron toen gezegd te hebben.’ De naam Saint-Joseph dook trouwens al voor het eerst op in de zeventiende eeuw op als naam van een perceel van 10 hectare, destijds in eigendom van de jezuïeten van Tournon.

Expansie en krimp

De 90 hectare van de oorspronkelijke AOC lag (bijna) helemaal op de steile hellingen van de eerste heuvels van het Centraal Massief, direct ten westen van de Rhône. Maar in de jaren zestig nam de mechanisatie in de wijngaard een vlucht en om daarvan te profiteren, werden de grenzen van de appellation al snel (in 1969) flink opgerekt. 6 dorpen werden er 26 en de wijngaarden verhuisden steeds meer van de steile hellingen naar de plateaus hogerop en erger, vooral naar de vlakkere delen onder aan de hellingen. Dus van de beste, maar lastig te bewerken terroirs naar veel efficiënter te bewerken, vruchtbaardere gronden, perfect voor abrikozen maar niet voor kwaliteitswijn. De renommée van de AOC Saint-Joseph leed daar flink onder, juist in een periode dat bijvoorbeeld Côte-Rôtie sterk in aanzien steeg. Om de focus terug te krijgen op kwaliteit, werd op aandrang van het Syndicat des Vignerons van Saint-Joseph begin jaren negentig het potentiële wijngaardareaal van de AOC teruggebracht van 6844 hectare tot 3400 hectare. Daarbij verloren veel van de vlakke delen hun beschermde status, om nieuwe aanplant op de steile hellingen te stimuleren. Tegenwoordig is iets meer dan een derde van het na de revisie toegestane aantal hectare beplant: 1231 hectare.

Oude syrah in lieu-dit Saint-Joseph

Syrah, marsanne en roussanne

Van die 1231 hectare is bijna 90% beplant met de enige blauwe druif voor Saint-Joseph: syrah. Deze emblematische druif is er perfect op zijn plek en kan zelfs heel goed zijn ontstaan in de noordelijke Rhône: het is een natuurlijke kruising van dureza uit de Ardèche en mondeuse blanche uit de Savoie. Ook komt er een natuurlijke variant voor van syrah, met zeer kleine bessen, die sérine wordt genoemd. Vooral op het graniet en gneis van de hellingen geeft syrah ongekend fraaie wijnen, met een grote herkenbaarheid. Jonge rode Saint-Joseph van pure graniet haal je er – met enige ervaring – goed uit in een blinde line-up, zeker die van oude stokken. De wijnen zijn in het algemeen aanvankelijk wat reductief, maar worden al snel geparfumeerd en geuren naar cassis en zoete kersen, hebben wat grafiet en peper, en ook al mediterrane kruidigheid. Hun smaak is geconcentreerd maar fris, met goede tannine. Voor witte Saint-Joseph komen twee druiven in aanmerking: marsanne en roussanne. Die worden nogal eens over één kam geschoren, maar hun wijnen verschillen behoorlijk. Beide geven in het algemeen wijnen met milde – zeg maar weinig – zuren. Marsanne is echter weelderiger en draait om rondeur van glycerol en structuur van stevige bitters. Ook Roussanne heeft een fijne amertume, bitterheid, maar is fruitiger (perzik, abrikoos) en meer floraal van geur, en blijft wat slanker. Daarom kan roussanne marsanne perfect complementeren, maar wordt hij ook steeds meer solo op fles gebracht. In oude wijngaarden zou naast marsanne ook een natuurlijke variant met lossere bessen staan, die roussette de l’hermitage wordt genoemd.

Klimaatverschil

Uiteraard zijn er wel degelijk opmerkelijke karakterverschillen tussen wijnen uit Saint-Joseph. En die komen in Saint-Joseph vaak (en niet eens alleen bij de beste producenten) door verschillen in terroir. Omdat Saint-Joseph van noord naar zuid zo lang is, worden natuurlijke variaties in wijnen vooral bepaald door de verschillende klimatologische omstandigheden. Het noordelijke deel heeft nog een semi-continentaal klimaat, terwijl het zuiden van de AOC al beduidende mediterrane invloeden heeft. Het karakter van de wijnen van het noordelijke deel is dus vooral anders dan dat van de wijnen van het zuidelijke deel omdat het noorden koeler is. De gemiddelde temperatuur in het groeiseizoen, van april tot en met oktober, ligt in Chavanay 1 graad lager dan in Mauves (± 17,5 °C tegen ± 18,5 °C). Meestal levert dat frissere, meer peperige rode wijnen op in het noordelijke deel en warmere, meer kruidige wijnen in het zuidelijke deel.

Le terroir de Mauves

Graniet en meer

De bodems van Saint-Joseph worden bijna overal bepaald door graniet en metamorfe vormen daarvan, zoals gneis en granuliet (voor specifieke informatie over dat soort bodems zie Perswijn 2-2018, “Graven in de wijngaard” deel 2). Dit graniet hoort bij het Centraal Massief en dagzoomt vrijwel overal in de wijngaarden op de hellingen van Saint-Joseph. Bodems op graniet en gneis zijn meestal dun, relatief zuur en stenig/zanderig, dus arm; in principe goed voor kwaliteitswijnbouw. Ook geven ze de meest herkenbare wijnen, zoals eerder al beschreven. Maar er is meer dan graniet in Saint-Joseph. De bodems van de vlakke delen onderaan in het Rhônedal zijn alluviaal van oorsprong en veel dieper en rijker dan die op de hellingen; hier zou eigenlijk geen AOC Saint-Joseph gemaakt moeten worden. Hier en daar is op de hellingen, op plekken in de windluwte, löss afgezet op graniet, zoals bij Mauves. Dat vormt heel goede ondergronden voor witte druiven. Lössbodems zijn kalkhoudend en houden beter water vast dan graniet; de planten hebben minder stress en dat is in principe goed voor witte wijnen. Dat wil niet zeggen dat er op graniet geen geweldige witte wijnen gemaakt worden in Saint-Joseph. Maar vaak komen ze van wijngaarden die wat lager op de hellingen liggen, waar de bodems iets dieper zijn en meer klei bevatten, zoals in Les Oliviers van Domaine Pierre Gonon. Ten slotte komt in het zuiden van de appellation, bij Châteaubourg en GuilherandGranges, lokaal kalksteen voor. Dat geeft heel andere wijnen dan graniet, zoals je kunt ervaren bij Domaine Courbis, als je daar de Les Royes van kalk proeft naast de Domaine van graniet. Les Royes is slanker en in zijn jeugd eleganter en Bourgondischer dan de Domaine, ook omdat de zuren meer verpakt zijn.

Vignes en pont

Muurtjes en mistral

De bodems hebben natuurlijk niet alleen effect op de wijnen, maar ook op de wijnbouw. Graniet verweert tot gruis en grof zand en erodeert dan gemakkelijk. Op veel plaatsen zijn daarom terrassen met muurtjes (chaillées) op de steile hellingen gebouwd om de bodem op zijn plek te houden. Dat is nagenoeg allemaal handwerk en dus enorm arbeidsintensief. Na een flinke regenbui kan zo’n muurtje, zeker een ‘droge muur’ zonder cement, zomaar instorten, waarna het weer snel moet worden hersteld om grondverlies te beperken. Wijnbouw in gebieden als Saint-Joseph is een eerbiedwekkende uitdaging. Naast de terrassen valt de snoei- en geleidingswijze van de druivenplanten in Saint-Joseph op. De stokken zijn in principe zeer laag bij de rond gesnoeid, in bekervorm (en gobelet); vaak worden ze rondom een enkele paal (échalas) geleid, voor verticale groei en ter ondersteuning tegen de mistral. Ook kom je, zeker in oude wijngaarden, nog vignes en pont tegen, waarbij de hoogste uitlopers van twee planten aan elkaar worden vastgemaakt. Dit remt de groeikracht van de planten, waardoor er veel minder hoeft te worden afgetopt en de oude plant meer in ere blijft. Opmerkelijk is trouwens dat er ondanks de stenige bodems, die de bodembewerking bemoeilijken, veel biologisch wordt gewerkt in Saint-Joseph.

Échalas, typerend beeld in Saint-Joseph

Witte Saint-Jo

Afgezien van spannende stijlverschillen als gevolg van verschillen in terroir, zijn er in Saint-Joseph uiteraard ook stijlverschillen die eerder op keuzes tijdens de vinificatie zijn terug te voeren. Bij de witte wijnen zijn dat soort verschillen wellicht duidelijker dan bij de rode wijnen. Polariserend kun je spreken van een traditionele wittewijnstijl: rijke,
filmende, vaak wat oxidatieve wijnen van (grotendeels) marsanne, geplukt op volle rijpheid, die hun frisheid ontlenen aan bitters en een spannende zilte ondertoon. Prachtige voorbeelden zijn Les Oliviers van Domaine Pierre Gonon en Vania van Domaine Guy Farge. Ook wijnen als Le Berceau van Domaine Bernard Gripa en Clef de Sol van Domaine Jolivet zijn rijk, maar meer gemaakt op frisheid afkomstig van zuren dan de genoemde wijnen van Gonon en Farge. Aan het andere uiteinde van het spectrum staan de jonge(re) producenten als Maxime Verzier (Vignobles Verzier/Chante Perdrix), Christophe Curtat en Julien Pilon, met eigentijdse, fris-elegante witte wijnen, waarvan de stijl aan witte Bourgogne doet denken. Ook de Cave de Tain is zeer bedreven in dit soort wit. Maar dé koning van Saint-Joseph blanc is wat mij betreft toch M. Chapoutier, een producent waarop menigeen nogal eens wat kritiek heeft – maar waarop die, als het om de wijnen gaat, gebaseerd is, ontgaat mij. Chapoutiers witte wijnen hebben een geweldige balans, verfijning en lengte, en kunnen zeer goed ouderen. De wijnen worden gemaakt door Clément Bärtschi, van geboorte Zwitser. Een meesterlijke wijnmaker.

In de chai van Cave de Tain

Rode Saint-Jo

Ook bij rode Saint-Joseph komen vanzelfsprekend stijlverschillen op basis van vinificatie voor. Een belangrijke keuze is het wel of niet ontstelen van de druiven: gebruikt de producent alleen de druiven of juist de hele trossen, inclusief steeltjes? Over het effect van het vergisten van hele trossen bestaan nogal wat ogenschijnlijk tegenstrijdige verhalen. En dat is niet vreemd, want sommige effecten zijn ambigu. Zo komen wijnen van hele trossen frisser over dan die van geheel ontsteelde druiven, terwijl door de kalium in de steeltjes de pH van wijnen waarvoor hele trossen zijn gebruikt iets hoger ligt (en het zuur dus lager) dan die wijnen van ontsteelde druiven. Misschien komt dat door de koelere, deels intracellulaire start van de vergisting. Die zorgt ook voor meer florale aroma’s in jonge Syrah. In het algemeen vinden experts dat wijnen waarvoor hele trossen zijn gebruikt beter ouderen, wellicht als gevolg van wat extra tannine die vanuit de steeltjes in de wijn belandt. Cruciaal is dat de steeltjes rijp genoeg zijn. ‘Er zijn dan aanzetten van bruine vaatjes in de steeltjes en de pitten van de druiven zijn goed bruin, goed verhout’, legt Maxime Verzier uit. Vaak zie je dat oogst van oude planten niet of nauwelijks wordt ontsteeld en fruit van jongere planten wel. Bijna alle goede producenten ontstelen slechts gedeeltelijk, sommige nooit. Ook de duur van de macération – de periode dat de schillen in contact zijn met de wijn in wording – heeft effect op wijnstijl. Christophe Curtat houdt de maceraties bijvoorbeeld kort (minder dan tien dagen), wat heel Bourgondische wijnen oplevert. Jérôme Coursodon van Domaine Pierre et Jérôme Coursodon laat de druiven eerst koel inweken voor extra aroma en kleur, en doet maceraties van wel dertig dagen, met een warm einde van de fermentatie (>30 °C). Zo’n vinificatie geeft wijnen met meer kleur en structuur. Rode Saint-Joseph wordt altijd opgevoed in hout, doorgaans in Bourgondische pièces van 228 liter, maar steeds vaker in vaten van 400, 500 of 600 liter. Syrah heeft namelijk de neiging tot reductie en die bestrijd je het best met gecontroleerde oxidatie: vandaar de rijping op hout. Voor rode Saint-Joseph wordt echter lang niet altijd nieuw hout gebruikt; zeker voor wijnen van oude stokken wordt dat vaak als zonde gezien.

Blik op lieu-dit Chapon boven Tournon-sur-Rhône, waar Guigal Les Vignes de l’Hospice maakt

Saint-Joseph leeft

Er is de laatste jaren duidelijk sprake van groeiende interesse in de appellation Saint-Joseph, zowel van buitenaf als van binnenuit, en zowel van gevestigde namen als van jongere, startende producenten, die meerwaarde zien in Saint-Joseph. Een voorbeeld is uiteraard Guigal, dat in 2001 de wijngaarden van Domaine Jean-Louis Grippat en Domaine Vallouit overnam. Daarmee kreeg het een aantal van de allerbeste terroirs van Saint-Joseph in bezit, zoals een groot perceel in de lieu-dit Chapon, waar Guigal Les Vignes de l’Hospice maakt, en een perceel in de lieu-dit Saint-Joseph. Die andere producent waar je in de Rhône niet omheen kunt, M. Chapoutier, is al veel langer present aan de voor hen verkeerde kant van de Rhône. Het heeft onder meer een perceel in het lagere deel van de lieu-dit Saint-Joseph, dat je niet kunt missen door het enorme naambord in de wijngaard. Een geval apart is eigenlijk dat van J.L. Chave. Hoewel dit inmiddels mythische domein gevestigd is in Mauves, is het met name bekend om zijn formidabele Hermitage in rood en wit. Sinds 1996 maakt het een rode Saint-Joseph, maar de echte focus lijkt van vrij recente datum, met de release van een Saint-Joseph 2015 van een individuele wijngaard genaamd Le Clos. Zeker zo belangrijk als de grote namen zijn jongere nieuwkomers als Christophe Curtat, geïnspireerd door Yves Cuilleron en Stéphane Robert, en Julien Pilon, die bij Pierre-Jean Villa werkte en bovenal een briljant wijnmaker is, vooral van wit. En natuurlijk Bastien Jolivet, die na stages in Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika en met Stéphane Montez (Domaine du Monteillet) als leermeester in 2014 het ouderlijk domein overnam en nu furore maakt. Er zit niet veel groei in het wijngaardareaal van de AOC Saint-Joseph en dat is logisch; de beste plekken zijn grotendeels in gebruik en er is aandacht voor natuurlijke biodiversiteit. Maar er wordt zichtbaar herplant en nieuw aangeplant, zowel binnen de grenzen van de appellation als net erbuiten. In dat laatste geval op de plateaus gelukkig, om aantrekkelijk geprijsde, goede Vin de Pays des Collines Rhodaniennes te maken. Ook dat is tekenend voor de recente opbloei van Saint-Joseph. Saint-Jo wordt (weer) serieus genomen en de wijnliefhebber profiteert daarvan.

Tekst, foto’s en video’s: Lars Daniëls MV

Het volledige artikel met de proefnotities staat in PERSWIJN #3 2018.

1 9 10 11 12 13 57
Page 11 of 57
nl Nederlands