Inmiddels al weer voor de vijftiende keer vindt u een beschrijving van de wijnen van de nieuwe jaargang Bordeaux in Perswijn aan, wederom geproefd door Ronald de Groot, eind maart, begin april in Bordeaux. De heer Parker heeft zich dit jaar veronschuldigd, omdat hij het reizen te gevaarlijk vond. U kunt zich dus wel voorstellen aan welke gevaren wij ons moeten blootstellen om dit maar weer allemaal geproefd te krijgen. Zoals gebruikelijk de laatste jaren is een sterrensysteem gebruikt om de wijnen op kwaliteit te rangschikken. Houd hierbij altijd in het achterhoofd dat het gaat om monsters, wijnen die nog op vat liggen en nog een lange ontwikkeling moeten doormaken. Ook is niet zeker of elk château een representatief monster afgeeft, bewust of onbewust.
Duidelijk is dat de wijnen op basis van cabernet-sauvignon dit jaar in het voordeel zijn. Toch is het goed te weten dat ook deze een vrij hoge zuurgraad hebben, hoger dan gebruikelijk de laatste jaren -tenzij ze zijn ontzuurd, hetgeen in sommige gevallen schijnt te zijn gebeurd. Deze hoge zuurgraad doet denken aan jaren als 1988 en in mindere mate 1996. Dat betekent ook dat de wijnen snel strenger zullen overkomen, zeker als ze jong zijn, en zich ook minder snel zullen ontwikkelen. Voor de liefhebbers van klassieke Bordeaux een voordeel, maar verwacht geen rijpe en zwoele, grote wijnen, zoals in 2000 of 1989. Niettemin dus voor sommige châteaux zeker een goed jaar, en voor een redelijke prijs niet verkeerd om te kopen. Maar de tijd van de koopjes lijkt toch definitief voorbij, ondanks de prijsdalingen die zich nu voordoen.
Hier in het blad vindt u een overzicht van de beste wijnen. Op de internetsite kunt u een compleet verslag van alle wijnen vinden, door het opvragen van een wachtwoord op het adres wijnpers@wijnpers.nl. U ontvangt dan een wachtwoord om het afgesloten deel van de site binnen te komen.
Klik, als u een wachtwoord hebt, hier om naar de notities te gaan
Médoc
De Médoc profiteerde dubbel: goede cabernet-sauvignon, en relatief goede merlot, omdat deze hier later rijp is en dus meer kon profiteren van het (late) goede weer. Daarbij op dit niveau toch een aantal beslist goede wijnen.
Haut Médoc
In zekere zin een zelfde verhaal als voor de Médoc. De geduldigen konden mooie cabernet oogsten, en zelfs aardige merlot. Sommige châteaux maakten werkelijk voortreffelijke wijnen. Maar dat zien we ook in de prijs. Sociando-Mallet bijvoorbeeld vraagt af château een prijs die amper meer dan twee euro per fles ligt dan sommige tweede crus en op bijna hetzelfde niveau als bijvoorbeeld Prieuré-Lichine of Giscours.
Margaux
Nivellering hier, vooral door een aantal châteaux dat aanzienlijk beter presteert dan een jaar of tien geleden. Veel investeringen werpen hier hun vruchten af bij onder andere Du Tertre, in Nederlandse handen, en Prieuré-Lichine, sinds een paar jaar onder de kundige hoede van Stephan Dérenoncourt, die naam maakte bij Canon-la-Gaffelière.
Saint Julien
Weinig veranderingen hier, blijvende topkwaliteit bij onder andere Léoville-las-Cases en Ducru-Beaucaillou in een overigens zeer verschillende stijl en altijd ook Léoville-Barton. Alleen Poyferré stelt dit jaar licht teleur. Als appellation zeker sterk dit jaar.
Pauillac
Natuurlijk goede resultaten hier door een hoog aandeel cabernet-sauvignon. Als het hier niet lukt, lukt het nergens. En dan is het natuurlijk een typisch Latour-jaar, maar dan moet je wel wat harde tannines kunnen verdragen. Wie het gelikter wil -de Amerikaanse markt, die dit jaar niet bestaat?- kiest misschien voor Mouton… Let op Pichon-Longueville en Lynch-Bages.
St. Estèphe
Saint-Estèphe telt eigenlijk maar weinig echte toppers. Sommigen vinden zichzelf een topper en willen hun wijnen alleen schenken aan langskomende journalisten en niet op proeverijen zetten, zoals Cos d’Estournel. En je hebt niet altijd tijd deze zelfverklaarde goden te bezoeken. Anderen meldden me dat het dit jaar toch wel érg goed was… helaas, het zal wel. Goed, zoals steeds de laatste jaren, Lafon-Rochet en Phélan-Ségur, Montrose blijft betrouwbaar. Daarnaast een massa goede bourgeois.
Pessac Léognan/wit
Ook hier meer zuren in de wijnen dit jaar, voor de eigenaren al snel een reden van een topjaar te spreken. Maar dat komt natuurlijk omdat de wijnen in veel jaren vooral zuren missen. Het probleem van veel zuren is dat veel wijnen de kracht en volheid missen om in evenwicht te blijven. Maar er zijn goede wijnen, waarin het evenwicht goed is en die zeker bewaard kunnen worden. Blijft het probleem dat de Bordeaux nu eenmaal toch niet dé streek is voor echt grote droge witte wijnen.
Pessac Léognan rood
Velen zijn de mening toegedaan dat Pessac-Léognan het dit jaar erg goed heeft gedaan. In alle eerlijkheid maakt een wijn als Haut-Brion en iets mindere mate La Mission en Pape-Clément inderdaad een grote indruk, maar verder heeft men hier toch een beetje moeite het hoge niveau van elders bij te benen. Er staat hier veel jonge aanplant van de afgelopen succesjaren en men heeft niet altijd de discipline het uiterste uit de wijngaarden te halen.
De Côtes
Voor de Côtes, met wijnen geproefd uit de Côtes de Castillon, Côtes de Francs en de Premières Côtes, had het niet gemakkelijk dit jaar. Veel merlot en daarmee een mindere rijpheid heerste hier.
St. Emilion, Pomerol en satellieten
Het is al gezegd, een moeilijk jaar voor de Libournais. De beste resultaten zijn er voor châteaux met relatief veel cabernet(-franc). Die kon lang blijven hangen en daarmee behoorlijk rijp binnengehaald. Niet vreemd dus om châteaux als Ausone, Cheval-blanc, Canon-la-Gaffelière en Vieux-Château-Certan bij de betere te zien.
Sauternes
Net als de droge witte wijnen veel zuren, in het geval van de zoete wijnen gemaskeerd door het zoet, en met daarom ook meer zoet dan gebruikelijk. De beste wijnen zijn goed, uitgebalanceerd, levendig en fris. Lang niet overal echter is de juiste hoeveelheid edele rotting in de wijnen te bespeuren, een bittere noodzaak voor het maken van goede Sauternes.