Naar aanleiding van mijn overpeinzing van vorige week kwamen er een paar interessante reacties. Het ging over het verhaal van een restaurant dat zijn dure wijnen van de hand deed om het vege lijf te redden. Ik had hierbij geen namen genoemd, maar ik werd gebeld door een van de betrokken importeurs, Paul Frankhuizen van Wijnkooperij De Lange, om als betrokken importeur zijn kant van het verhaal te doen. Altijd weer leerzaam, en goed om te weten hoe de vork in de steel zit. Nou ja, het is natuurlijk zijn verhaal. Maar het was overtuigend genoeg.
Naar zijn gevoel was de betrokken restaurateur ‘in de val gelokt’ door een veilinghuis, dat voorstelde de bijzondere flessen, waar lastig aan te komen is, voor goede prijzen te veilen. De flessen zouden in Singapore worden geveild, en leuke prijzen kunnen opbrengen. Vervolgens bestelde de restaurateur dan meteen de allocatie van de volgende jaargang. Geen teken dat het geld alleen maar nodig was om zich te redden, laten we maar zeggen. Dat schoot de betreffende importeurs in het verkeerde keelgat. Bovendien levert het direct problemen op met de wijnhuizen, zoals het Domaine Coche-Dury. Paul Frankhuizen: ‘In eerste instantie was op de website van het veillinghuis bij sommige flessen het nummer zichtbaar, pas later is dat met photoshop weggehaald. Aan het nummer van de fles Corton-Charlemagne kon ik zien aan welk restaurant deze was geleverd. En Coche-Dury kon ook zien dat het om wijn ging die aan mij was geleverd. En het domein vertrouwt er op dat ik de flessen alleen maar lever aan personen of restaurants die de flessen niet laten veilen. De wijnen worden niet voor woekerprijzen verkocht, omdat we willen dat liefhebbers ze drinken, en geen speculatie-object worden voor de rijken. Dus het komt er nu op neer dat het domein niet meer wil dat dit restaurant nog wordt beleverd. Dus ik kan het niet anders zien dan dat de restaurateur zich hier zelf in de voet heeft geschoten. Hij had ons ook kunnen bellen, dan hadden we de wijnen terug kunnen nemen tegen een fatsoenlijke prijs. Het zou geen enkel probleem zijn geweest deze weer door te verkopen aan particulieren die ze maar wat graag willen hebben. Met wat overleg hadden we dit gewoon op kunnen lossen. En dan hadden we de volgende jaargang gewoon kunnen leveren.’
Het veilinghuis in kwestie bood vorig jaar zelfs voorschotten aan restaurateurs als ze bepaalde wijnen wilden inbrengen. Natuurlijk moet iedereen zijn brood verdienen, maar dit lijkt sterk op profiteren van de crisis. Uiteraard is de formulering anders: ‘… met de verkoop van wijnen uit hun wijnvoorraad kunnen wij hopelijk een steentje bijdragen aan het overleven in deze moeilijke tijd.’ Tja, het is maar hoe je het bekijkt. Een systeem met allocaties is natuurlijk in strijd met het idee van vrije handel, maar als het er om gaat dat de wijn toch vooral naar échte liefhebbers gaat, en niet alleen naar de hoogste bieder, dan heeft het toch zijn nut. En dat weet het veilinghuis natuurlijk heel goed. Dus als de importeurs stellen dat het restaurant ook slachtoffer is van de werkwijze van het veilinghuis, dan hebben ze zeker een punt. Dat moet zeker gezegd worden. Importeur(s) en het restaurant hebben de kwestie inmiddels bijgelegd. Gelukkig maar. Dit soort acties kennen alleen maar verliezers.
Ronald de Groot