Een van de leukste dingen van het schrijven van deze columns, een beetje badinerend ‘overpeinzingen’ genoemd, is het lezen van de commentaren. Gelukkig zijn mijn lezers uitermate beschaafd, zodat nare en vervelende reacties -waar de sociale media tegenwoordig vol mee staan- op deze plek gelukkig helemaal ontbreken. Het blijft vooral heel netjes en beleefd. Sommige reacties zijn spot on, andere slaan de plank (een beetje) mis. Rob van Ginneken -dank voor de reactie- vond vorige week dat ik als arts de mensen wellicht zou kunnen motiveren hun alcoholconsumptie te matigen. Ik vond mijn werk als arts altijd inspirerend, maar het stoppen van dit werk was, vijftien jaar geleden, een van de beste beslissingen die ik ooit heb genomen. Dus ik heb geen enkele pretentie als arts te schrijven, en ik heb overigens ook helemaal niet de pretentie dat ik mijn lezers er toe kan motiveren het alcoholgebruik te matigen. Ik ben bang soms zelfs het tegendeel te doen, maar dat is uiteindelijk ook weer niet de bedoeling, natuurlijk. Drink minder, maar beter, zoiets.
Joop Gonda Rigter slaat in zijn reactie -ook dank- de spijker op zijn kop. Hij vindt het een nutteloze overpeinzing, die geen bijdrage levert aan de discussie rond een gematigd alcoholgebruik. Dat klopt helemaal. Ik wilde een bijdrage leveren aan de discussie over het (on)nut van dit soort publiekscampagnes. Misschien wil ik het nog wel eens over alcoholconsumptie hebben, maar voor een wijnschrijver is dat een lastig onderwerp. En nutteloos? Al deze overpeinzingen zijn feitelijk nutteloos. Maar wel leuk om te schrijven.
Dit soort gedachten gingen door mijn hoofd tijdens mijn autoreis naar Zuid-Frankrijk, dit weekend. Heel bijzonder, vijf dagen nadat het weer mocht. Eindelijk! Maar deze reis was vooral bijzonder omdat er verder helemaal niets bijzonders aan was. Een bevreemdende ervaring, na al die verhalen over strenge controles, betonblokken op de grens en eindeloze. Nu was de reis zoals hij altijd was. Met zelfs een vertrouwde drukte op de autoroute du soleil. Heel ontnuchterend eigenlijk. Wel zagen we weinig buitenlandse kentekens op de weg, en niet meer dan een handvol Nederlandse. Dus de normale reislust is voorlopig nog niet terug, zo lijkt het.
Voor ons is het hier in het zuiden een soort thuiskomen, tussen de wijngaarden, met heerlijk weer. Zonder uiteraard de voorzichtigheid uit oog te verliezen. Maar op een terrasje zitten in de zon, dat moet zeker kunnen. Gelukkig. Mijn laatste reis was naar Zuid-Afrika. We kwamen 23 maart terug, ternauwernood op tijd voor het schrappen van de vluchten vanuit Kaapstad. Drie maanden niet gereisd dus. Ik moet lang teruggaan in mijn geheugen om te kunnen bedenken wanneer dat eerder is voorgekomen. Dat moet lang geleden zijn geweest. En vliegen, daar wacht ik liever nog even mee. Hoe belangrijk het ook is voor onze verhalen. Ik ben blij dat je met de auto ook naar mooie wijngebieden kunt reizen. Hier in de omgeving van Saint-Chinian en Faugères vind je geweldige schistes-terroirs, een variant op leisteen. Een bodem die naar mijn smaak volledig miskend is. Zelfs in Zuid-Afrika, bijvoorbeeld bij de Kasteelberg, zie je meer respect voor de bijzondere schistes die je daar vindt dan voor de ondergronden hier. Fransen promoten hun kalkhoudende bodems op een perfecte manier -denk aan Chablis, de Champagne, de Côte d’or en zelfs die in Saint-Emilion. Maar over deze bijzondere schistes hoor je ze bijna nooit, ik althans niet. Hoog tijd om daar een mooi artikel over te maken. Heerlijk, ik kan weer aan de slag. Ongetwijfeld heel nutteloos allemaal, maar ik kan niet wachten.
Ronald de Groot
Beste Ronald,
Ook wij zijn weer terug in de Côte d’Or, Santenay en troffen een heerlijk verwilderde tuin aan, een eldorado voor de vogels.
Ik heb het even opgezocht en Schistes is leisteen; ik kende die naam niet.
Veel genoegen in het zuiden en kijk eens le Tholonet, naast Aix en Provence, daar zit een enthousiaste wijnboer en die is de moeite waard.
Veel groeten,
Cave de Santenay
Cas Kortmann