Mijn buren in de Languedoc weten het inmiddels zeker. Als de Nederlanders – wij dus – komen, dan nemen ze regen mee. Ook dit keer was het goed raak. De laatste dagen van de afgelopen week brachten flink wat regen. Zoveel dagen regen achter elkaar is hier zeldzaam. Nou ja, dat van die Nederlanders is natuurlijk onzin, want het ritselt hier altijd van de landgenoten. Maar die regen, dat was niet alleen uitzonderlijk, het werd hier ter plekke ervaren als een zegen. De opluchting, zeker bij de wijnboeren hier, is groot. Zelfs aan de voet van Pyreneeën, in de Roussillon, is de afgelopen tijd veel regen gevallen. Rivieren die helemaal droog stonden, stromen weer. Het grondwaterpeil stijgt weer naar normaal. Voor een streek waar de afgelopen jaren minder dan 250 mm regen viel, is dat een enorme luxe.
Dit heeft als gevolg dat het in de Languedoc heel groen is. Zo groen als we het nog nooit gezien hebben. Dat groen vinden we niet alleen op de heuvels om ons heen, maar ook in de wijngaarden. Het zaaien van groen in de wijngaarden is tegenwoordig een wetenschap op zich geworden. Zeker bij wijnboeren die biologisch of biodynamisch boeren, is de onderbegroeiing van groot belang. Ze dient als groenbemesting voor de wijngaard. Zo zagen we dit keer tot onze verrassing veel wijngaarden met tuinbonen tussen de rijen druivenstokken. Even dachten we verlekkerd dat hier straks tuinbonen in overvloed zouden kunnen worden genoten. Maar dat was iets te vlug. Later dit voorjaar zullen de planten worden verwerkt tot ‘groenvoer’ voor de bodem. Dit soort planten is rijk aan stikstof, dus een ideale groenbemester.
Begin februari schreef ik over Isabel Gassier, van Château de Nages, en haar mosterdplanten in de wijngaard. Zij verkoopt wel mosterd. Maar haar is het vooral te doen om het herstel van het bodemleven. Ik moet terugdenken aan een bezoek aan Johan Reyneke, lang geleden, in Stellenbosch. Hij liep zijn wijngaard in en pakte met zijn handen een paar kluiten uit de wijngaard, grote graspollen. Om ons heen liepen ganzen door de wijngaard. Reyneke was destijds – we spreken over 2008 – een voorloper in biodynamie. Je kunt je twijfels hebben over biodynamie. Maar de manier van werken heeft andere wijnboeren beïnvloed in de manier waarop ze werken en met hun wijngaarden omgaan. Dat is een grote verdienste.
Ik kom al heel lang in Bordeaux, ook daar is sprake van een groene revolutie. Een jaar of dertig geleden was het daar een kale boel. Als er ‘onkruid’ in de wijngaard stond, werd dat gezien als een soort afwijkend gedrag. Tegenwoordig staat ook daar overal onderbegroeiing in de wijngaarden. En dat in een door en door conservatieve streek als Bordeaux. Ook hier is het inzicht doorgebroken dat dit nut heeft. Niet eens zozeer vanwege het bodemleven – al zal dat voor deze en gene zeker een rol kunnen spelen – maar omdat men hier tot het inzicht is gekomen dat hierdoor minder vocht verdampt. Met de klimaatopwarming en de hete zomers van tegenwoordig een niet te onderschatten effect. Er zijn zelfs châteaux, zoals Cheval Blanc, die tussen de druivenstokken fruitbomen hebben geplant, voor extra schaduw en voor in dat geval ook een beter bodemleven. Dat ontstaat door de symbiose tussen boomwortels en mycorrhiza, een samenlevingsvorm tussen schimmels en de wortels. Hier heb ik nog geen tuinboontjes zien staan, maar het bevestigt wel dat het groen tussen de druivenstokken tegenwoordig niet meer weg te denken is.
Ronald de Groot