Overpeinzingen: Lekker niksen - Perswijn
Overpeinzingen
Columns

Overpeinzingen: Lekker niksen

Soms kom je op buitenlandse websites bijzondere verhalen tegen over Nederland. Waaruit maar weer blijkt dat buitenlanders een verrassende blik op ons land kunnen hebben. Zo kwam ik op de website van de BBC een artikel tegen over de manier waarop Nederlanders uitputting en depressie aanpakken, veroorzaakt door te veel werk en stress. Hoe denkt u? Wel, door te niksen. Dat wordt geschreven door de Nederlandse correspondent, Olga Mecking, die er zelfs een boek over heeft geschreven: ‘Embracing the Dutch art of doing nothing’. Ze spreekt zelfs van een ‘Dutch wellness trend’.

Zo had ik het eerlijk gezegd zelf nog nooit bekeken. En voor veel Nederlanders, die zich overwerkt voelen of op een andere manier lijden onder hun werk, zal deze observatie wellicht ook als een verrassing komen. Als we de kranten moeten geloven, staat iedereen hier bol van de stress.  Maar een blik op de statistiek leert dat Olga Mecking wel degelijk een punt heeft. Nergens in Europa, en zelfs nergens ter wereld, is de werkweek volgens de OESO gemiddeld zo kort als in Nederland: 30,6 uur. Zelfs in Frankrijk, waar een officiële werkweek van 35 uur geldt, wordt per week gemiddeld 38,2 uur gewerkt. Er is wel eens ergernis over het gebrek aan personeel in alle sectoren in ons land, maar dat gebrek is uit deze cijfers heel goed te verklaren, lijkt me zo. Laat ik het zo formuleren: van samen de schouders er onder zetten, lijkt hier geen sprake.

Wat is niksen dan eigenlijk? Niksen is écht nietsdoen, zo stelt Mecking. Dus, helemaal niks, en zonder enig doel. Niet scrollen op facebook of zelfs niet mediteren. In alle eerlijkheid lijkt me dat best moeilijk. Maar dat ligt ongetwijfeld aan mezelf. Ik vrees dat ik van jongs af aan heb geleerd dat een mens juist niet moet niksen. Niet eens vanuit een gereformeerde achtergrond of een andere overtuiging. Als je even niks deed, vroegen je ouders of je je misschien zat te vervelen. Maar ik verveelde me nooit. En écht helemaal niets doen. Oei, dat lijkt me heel moeilijk, in alle eerlijkheid. Ooit combineerde ik een baan met het maken van een wijnblad. Met het opzeggen van mijn baan kwam een hoop tijd vrij, maar dat was niet het moment om niets te gaan doen – integendeel.

Een paar dagen geleden kreeg ik een mail van iemand die me vroeg hoe zich te ontwikkelen tot een goed wijnschrijver. Tja. Dat is vooral een kwestie van niet te veel niksen. Voortdurend wijnen proeven, op bezoek bij zoveel mogelijk wijnboeren, kennis opslurpen. Als ik op wijnreis ga, wordt me nog wel eens een ‘fijne vakantie’ gewenst – liefst op een grappige toon. Ik wens iedereen een vakantie toe waarin je tientallen wijnen per dag te proeven krijgt. Waarop je moet opstaan om 8 uur en om 1 uur in de nacht je bed in rolt na een lang diner. Ik zal echt niet klagen, want het is ook leuk. En het is zonder meer een voorrecht om hierin je passie te kunnen volgen. Maar het is wel werk, uiteindelijk.

En als ik dan wél echt op vakantie ben, dan is er altijd wel een moment, of zijn er zelfs meerdere momenten, waarop ik een bezoek breng aan wijnproducenten en/of een proeverij bijwoon. Het is domweg te leuk en te leerzaam om dat te laten, moet ik eerlijk zeggen. Het bijzondere van de wijn is ook dat je overal goed wordt ontvangen. De betere wijnproducenten hebben dezelfde passie als ik. Dus waar je ook bent, je voelt je eigenlijk geen toerist. Je hebt direct contact met de bewoners van de streek waar je bent, je maakt op een heel andere manier kennis met een land of een gebied dan door het bezoeken van toeristische attracties.

Op het moment dat ik bij een proeverij, afgelopen week, de vraag kreeg of ik al ‘in de pensioenstand’ stond, kon ik dan ook antwoorden dat ik nog niet zo ver was. Nog te veel te doen, nog te veel plannen. En nog mooie, leerzame reizen in het verschiet. Mijn werk is voor de maatschappij natuurlijk niet zo belangrijk, maar anders zou ik zeggen: ‘íemand moet het doen’.

Niksen is niks voor mij.

Ronald de Groot

Reageer op dit item

nl Nederlands