Wijnwandelen in Südtirol - Perswijn
Reportages & Reizen

Wijnwandelen in Südtirol

Hijgend en bezweet kom ik dan eindelijk bij de burcht aan. Ik heb me al een paar keer afgevraagd waarom ik dit ook al weer deed. Maar gelukkig is daar dan de eerste beloning van de dag: de schitterende uitzichten vanaf de Burg Hocheppan.


Deze doen me de stevige en vermoeiende klim vanaf het dorp Andrian onmiddellijk weer vergeten: op de hellingen van de bergen aan de overkant van het dal strekken de wijngaarden zich uit en in de vlakte, langs de rivier de Etsch, liggen de appelboomgaarden. In de verte zien we ook Bozen liggen, en zelfs onze eindbestemming, St. Pauls, is al in zicht. De heerlijke lunch in de Burgschenke helpt ook om de vermoeide spieren te ontspannen: de spek van varkens die vetgemest worden aan de voet van het kasteel, de ‘schoorsteen’-worst, de bergkaasjes, het brood met kummel, de verfrissende vlierbloesemlimonade en het kannetje simpele Weissburgunder gaan er uitstekend in.

Wandelen en wijnproeven

Ik ben in Südtirol, of Alto Adige*, zoals het gebied volgens de Italiaanse kaarten heet. Zes dagen lang trek ik mijn bergschoenen aan, om wandelingen door de heuvels en over bergkammen te maken. Onder leiding van Jeanet Bruining, al bijna 25 jaar specialist in het ‘wijnwandelen’, en samen met zes andere wijnliefhebbers verken ik gedurende een kleine week de omgeving van Terlan en Bozen.

Dagelijks maken we een stevige wandeling, waarna we rond 15.00 uur meestal aankomen bij een wijnmaker, die ons kennis laat maken met de specialiteiten van het huis. Deze week staan de Kellereien centraal, de cantinas of coöperaties, waar honderden kleine druiventelers en boeren jaarlijks de druiven van hun vaak niet groter dan een halve hectare wijngaard inleveren. Zondag zijn we al begonnen met een verkennend tochtje in de wijngaarden van Terlan, bekend om de witte Terlaner, waarin diverse druivenrassen gebruikt mogen worden. Naast die van Kellerei Terlan bevalt de Terlaner van de kleine producent Kiemberger, gevestigd pal tegenover ons hotel, erg goed. Zijn Terlaner Klassisch is gemaakt van chardonnay, sauvignon blanc en müller-thurgau.*  Om het lezen te bevorderen gebruik ik in dit artikel slechts de Duitse benamingen. Hoewel alles in Südtirol tweetalig moet zijn, is het gebied waar ik verbleef érg Duitstalig, en waan je je eerder in Oostenrijk dan in Italië.

Vernatsch van oude stokken

Na de lunch in Hocheppan gaat het weer stevig naar beneden. Daar wacht onze tweede beloning, een bezoek aan Kellerei St. Pauls. We krijgen een uitleg tussen de pinot noir (hier Blauburgunder genoemd)-stokken, bezoeken de kelders en proeven vervolgens een aantal heel zuivere en aangename wijnen. Om er in te komen, zo na die stevige wandeling, beginnen we eerst met wat water natuurlijk, maar daarna volgt een mooi glas sekt, van 100% chardonnay.

Christian Gschnell, verantwoordelijk voor de Vinothek, laat ons vervolgens kennismaken met telkens twee wijnen van dezelfde druif: een van de instaplijn en één van de hogere lijn, Passion. Uit deze lijn maakt vooral de Vernatsch, het rode druivenras dat nog altijd het meest staat aangeplant in Südtirol, grote indruk. Maar die wijn is dan ook afkomstig van stokken van 87 jaar oud!

Bozen en de Unterganznerhof

De volgende dag regent het gestaag, dus onze tocht over de beroemde Ritten, boven Bozen, komt helaas te vervallen. Gelukkig maakt het bezoek aan Schloss Runkelstein, met wereldberoemde fresco’s uit de 14e en 15e eeuw, veel goed. Daarna wandelen we toch nog drie kilometer terug naar de stad en lunchen bij Vögele in het centrum van Bozen, een echte aanrader. De wijnkaart is er een fors boekwerk.

En dan het slot van de dag, het bezoek aan de Unterganznerhof in Kardaun, van Lagrein-specialist Josephus Mayr! Wat een charmante man, wat een passie en wat een wijnen. Als hij ’s avonds niet in zijn muziekband had moeten spelen, hadden we waarschijnlijk tot in de late uurtjes nog gepraat over het boerenbedrijf, de Lagrein en zijn experiment met olijfbomen en olijfolie. We leren onder andere dat Lagrein tot de jaren tachtig van de vorige eeuw eigenlijk voornamelijk rosé gevinifieerd werd, als Kretzer (zie linksonder). De diepdonkere Lagreins waar Südtirol tegenwoordig om bekend staat, zijn een vrij recente ontwikkeling.


St. Magdalena

Woensdag is een rustdag voor de andere deelnemers, maar niet voor mij. Ik verken de wijn van de stad Bozen onder begeleiding van Christine Mayr, voorzitter van de sommeliersvereniging van Südtirol. We proeven St. Magdaleners – minimaal 85% Vernatsch, meestal aangevuld met 15% Lagrein – bij het voortreffelijke restaurant Eberle, wandelen over de Oswald Promenade met de mooiste uitzichten over de stad en bezoeken Klosterkellerei Muri-Gries en Kellerei Bozen.

Zes maal Gschleier

Donderdag is het dan weer tijd voor een échte wandeling, door de wijngaarden en appelboomgaarden bij Kaltern, langs de Montiggler Seen door de bossen naar Girlan. Geen zware tocht, alleen af en toe even opletten met de bewegwijzering én voor de voorbijrazende mountain bikers. Tijd voor koffie is er ook, uiteraard met een lekker stuk taart van boekweitmeel, de Buchweizen met Preiselbeeren. Lunchen doen we bij de Rungghof, waar de pastakussentjes van roggemeel met spinazie en almkaas wegsmelten op je tong.

Het serieuze proeven vindt vandaag plaats bij Kellerei Girlan, onder leiding van ‘Geschäftsführer’ Oscar Lorandi. De set van zes jaargangen van de Vernatsch Gschleier Alte Reben is een openbaring: de 1983 enorm fruitig en fris, de 1988 nog drinkbaar maar eigenlijk iets over zijn top, de 1999 een geweldige elegante wijn. Ook in de 2007, 2010 en 2012 vallen de stevige zuren op. Hoge zuren zijn dan ook de reden waarom Vernatsch, ondanks de liters plonk die in het verleden met tankwagens over de Alpen kwamen, ook wijnen met enig ouderingspotentieel kan voortbrengen.

Sekt en witte wijnen

Ik sluit mijn wandelweek af met een echte alpentocht – houten balkons met kleurige geraniums, dennenbossen, groene weiden, lunch in de berghut en koeien met bellen – van Sektkellerei Arunda in Mölten naar het dorpje Verschneid. Arunda (zie foto rechts) verbouwt de druiven niet in Mölten, op 1300 meter, maar koopt ze in van boeren in Eppan (chardonnay) en Montan (pinot noir). Bij Kellerei Terlan tenslotte maken we deze vrijdag aan de eind van onze wandeling kennis met een reeks prachtige witte wijnen, waaronder de Sauvignon Quartz 2012 en de verbluffende Weissburgunder 2002. Het zijn precies die wijnen waar Südtirol zo bekend om is, momenteel. Paradepaardje Lagrein sluit de proeverij af.

Wijndiner

’s Avonds genieten we bij wijnbar Pillhof van nog veel meer moois uit Südtirol, van Tiefenbrunner, Kloster Neustift en Nals Magreid bijvoorbeeld. Jeanet Bruining zocht bij elke gang van te voren twee wijnen uit, één wit en één rood, waarbij de chef een gerecht maakte. De combinaties blijken verrassend én lekker en leveren veel stof tot discussie. Uitermate tevreden rollen we later op de avond ons bed weer in.

Mijn reis zit er nu erop, en via Innsbruck vlieg ik weer naar Schiphol. De reisgenoten lopen nog een dagje langer door de wijngaarden en zullen bij Kellerei Nals Magreid langsgaan. Dankzij mijn bergschoenen en wandelstok, een fles water en een zonnebril heb ik in zes dagen tijd een fantastisch beeld gekregen van een van de mooiste en spannendste wijnlandschappen van Italië, waar de kwaliteit van de wijnmakers en de wijnen over de hele linie enorm hoog is.Wie ook eens op een dergelijke manier wil kennismaken met een – Duitstalig  – wijngebied, kan ik aanraden: kijk op Wijnwandeltochten.org en haal die stappers uit het vet. Van deze combinatie van wandelen en culinair genieten kom je zeker rijker, maar toch ook lichter weer thuis!

Reageer op dit item

nl Nederlands