Het westelijke puntje van Sicilië kent een lange traditie van wijnbouw en was ooit vermaard vanwege zijn Marsala.
Marsala bestaat nog steeds, maar deze wijn heeft –deels onterecht- de reputatie van een soort keukenwijn gekregen en is moeilijk aan de man te krijgen. Het alternatief voor de producenten is gewone rode en witte wijn maken, in het laatste geval deels van druiven die eerst voor de marsala werden gebruikt. Caruso en Minini maakt nog steeds Marsala, maar nero d’avola, Sicilië’s bekendste blauwe druif, staat ook al heel lang in de wijngaarden aangeplant. Deze wijn is afkomstig van het eigen landgoed, Terre di Giumara. Hij wordt fruitig gemaakt, met een gisting op niet te hoge temperatuur. Bij de rijping wordt 30% op vaten van 500 liter gelegd, die vrijwel geen merkbaar houtaroma aan de wijn geven.
Het fruit heerst dus, en dat is heel lekker: de wijn is gul en rijk, niet overdadig, sappig, vlezig, met pruimen, stoer, pittig en levendig.
Van Eyck Wijnkelders, € 7,95