Wat is er toch aan de hand met Zuid-Afrikaanse wijnen? Lopen die niet meer zo hard als de afgelopen jaren het geval was? Is het nieuwtje er af? Zijn ze ineens minder ‘trendy’ dan rosé of die vermaledijde Prosecco? Of toch wat minder fán-tás-tisch dan de onwaarschijnlijke stuntprijzen even wilde doen geloven? Zo de groei er uit is, is dat dan erg? Nee, dat is helemaal niet zo erg.
Wat is er toch aan de hand met Zuid-Afrikaanse wijnen? Lopen die niet meer zo hard als de afgelopen jaren het geval was? Is het nieuwtje er af? Zijn ze ineens minder ‘trendy’ dan rosé of die vermaledijde Prosecco? Of toch wat minder fán-tás-tisch dan de onwaarschijnlijke stuntprijzen even wilde doen geloven? Zo de groei er uit is, is dat dan erg? Nee, dat is helemaal niet zo erg.
Met cijfers kun je alles bewijzen en ontkennen, afhankelijk van wie die cijfers aanlevert én van wat je er in wenst te zien. Cijfers van de Rotterdamse douane over containers en hectoliters vertellen een heel ander verhaal dan die van een marktonderzoeksbureau dat consumenten vraagt naar hun drinkgewoonten. Cijfers die in beide gevallen maar een deel van de werkelijkheid weergeven. Of de consumptie van Kaapse wijn net zo dramatisch is teruggelopen als het afgelopen jaar ingevoerde volume, is nog maar de vraag. Immers, wat leerden we altijd op school? Dat veel van de goederen die Rotterdam binnenkomen niet voor Nederland bestemd zijn. En ze dat dus de afgelopen jaren ook niet allemaal waren. Wanneer een grote Duitse afnemer zijn wijn via Hamburg of Bremen betrekt in plaats van via Rotterdam, dan beïnvloedt dat de statistieken ineens behoorlijk. Bovendien was wat wel in Nederland gedronken werd – al dan niet aangevoerd via Antwerpen! – nu niet altijd van een kwaliteitsniveau om blij van te worden.
Wanneer er daadwerkelijk sprake is van een stagnatie of zelfs een afname in de consumptie van Zuid-Afrikaanse wijnen – en er lijkt voldoende reden om aan te nemen dat dat momenteel inderdaad wel het geval is – dan is dat eigenlijk helemaal niet zo rampzalig. Hebben we immers niet altijd te horen gekregen dat het juist de bedoeling was om de mensen aan de ‘betere’ Kaapse wijn te krijgen? Aan Wijnen met een Verhaal, volgens het beginsel ‘minder maar beter’? Ja, natuurlijk. Totdat puntje bij paaltje komt.
Bij Wines of South Africa in Stellenbosch is men in ieder geval niet zo geamuseerd over de (vermeende) gang van zaken in Nederland, zo vernam ik uit een zeer betrouwbare bron. Alle mooie verhalen over idealistische doelstellingen ten spijt – een wijnbouw die in het teken zou moeten staan van duurzaamheid, biodiversiteit, fijne bloemetjes, terroir én een rechtvaardiger maatschappij – staart men zich daar momenteel blind op statistieken en lijkt de kortzichtige koopman het ook daar te winnen van de dominee die over de hemel op aarde preekt. Of: hoe kortetermijndenken het weer eens wint van visie. In andere landen is dat trouwens niet anders.
Het valt te hopen dat de Zuid-Afrikanen zichzelf eens een spiegel voorhouden en de duurzame ontwikkeling van hun wijnbouw en wijnexport niet alleen met de mond belijden, maar daar ook in hun marktbenadering blijk van geven. Nederland is immers klaar voor die volgende fase, waarin de overstap van veel naar goed – of in ieder geval: beter – gezet wordt. Van anonieme bulkwijn naar wijn met een herkomst. Wanneer de conjunctuur nog even mee blijft werken, dan is dat beslist geen onmogelijke opgave.
Men zou er goed aan doen zich nog eens af te vragen waarop die overdreven populariteit van Kaapse wijnen de afgelopen jaren bij Nederlandse supermarktklanten gebaseerd was. Een hype die niets met de intrinsieke kwaliteit van de meeste wijnen had, maar zoveel te meer met vals sentiment (inclusief ‘grappige’ namen…) en een prijspeil dat elke vorm van duurzame wijnbouw, zonder excessieve opbrengsten en met emancipatie van de onderbedeelde gekleurde medemens via eerlijk delen, op voorhand onmogelijk maakt. Wel beschouwd te absurd voor woorden, maar logisch en consequent denken zijn niet de sterkst ontwikkelde vaardigheden in wijnland. Bij producenten noch consumenten. Je zou desgewenst ook van schijnheiligheid kunnen spreken.
En er zijn voorzichtige tekenen dat ook de grootgrutters van deze wereld en hun toeleverende handlangers wel inzien dat een al maar neerwaartse prijsspiraal uiteindelijk een doodlopende weg is. Dat biedt al vast een sprankje hoop. Wat nog meer hoop biedt, zijn de inspanningen van gespecialiseerde importeurs van Kaapse wijnen, die niet in termen van containers denken maar van pallets. En die, net als collega’s die met wijnen uit gebieden als de Bourgogne of Piemonte werken, weten dat het opbouwen van een duurzame reputatie het niet gebaseerd is op volumes, maar op inhoud. Daar heeft de ‘brand’ Zuid-Afrika pas echt baat bij. Wat alle nitwits van de marketingafdeling ook mogen beweren.
René van Heusden