In de laatste editie van Vinée Vineuse, het promotieblad van Okhuysen, schrijft eigenaar Xavier Kat over het puntencircus van de internationale wijnpers. Een onderwerp dat ons – vanzelfsprekend – ook bezighoudt. Hij heeft goed gefundeerde kritiek, maar tuigt daarna wel een wijnpromotie op met flessen die internationaal hoog scoorden. Tja.
Wat ons vooral verbaast, is dat de punten maar blijven stijgen. Natuurlijk, de kwaliteit van wijnen neemt wereldwijd toe, maar strooien met 100 punten, dat gaat te ver, lijkt me zo. Xavier Kat doet dezelfde constatering.
Zelf hebben we er bewust voor gekozen om vast te houden aan het aloude Franse systeem met scores tot 20 punten. Omdat in het honderd-punten-systeem eigenlijk ook alleen de punten van, pakweg, 85, 90 of hoger maar echt meetellen, is het verschil uiteindelijk niet eens zo groot. Voor een deel van de wijnen gebruiken we zelfs alleen sterren, omdat het de mogelijkheid geeft om wijnen binnen hun eigen categorie een hoge score te geven, ook al is het een betrekkelijk eenvoudige wijn. Zo vermijden we bewust om een steentje bij te dragen aan dit puntencircus en de bijbehorende inflatie.
Voor veel liefhebbers zijn wijnen met 100 punten de heilige graal, flessen die ze móeten hebben. Maar wat betekent 100 punten op een moment dat steeds meer wijnen hoge scores krijgen, en steeds meer wijnen 100 punten? Mijn probleem is dat 100 staat voor perfectie -althans, ik kan het moeilijk anders zien. Maar als je eenmaal een glas Château Latour 1982 hebt geproefd, dan buig je deemoedig het hoofd, en geeft hem 100 punten. Daarna wordt het lastig om andere wijnen dat ook te geven, want dat niveau van perfectie is lastig te benaderen.
Maar er zijn een paar wijncritici die er geen probleem mee hebben flink wat wijnen dit soort hoge scores te geven. Hier op de redactie hebben we een weddenschap lopen wie als eerste meer dan 100 punten gaat geven. Nou ja, natuurlijk laat het systeem dat niet toe, maar je krijgt wel eens het gevoel dat dit op een gegeven moment nog de enige uitweg is uit de inflatie aan hoge puntenscores.
Ooit had ik het genoegen samen met James Suckling terug te vliegen van een proeverij op een Château in de Médoc naar de Vinexpo, in de tijd dat Bordeaux nog het idee had dat de wijnwereld om deze streek draaide. Suckling, destijds werkzaam voor de Wine Spectator, waagde er een grapje aan. ‘Als we de wijnen niet goed genoeg scoren, gooien ze ons uit de helikopter, denk ik.’ Nou ja, dat was uiteraard niet serieus, maar Suckling is wel een van degenen die, zeker na zijn vertrek bij de Wine Spectator, zijn punten flink omhoog heeft gejaagd. Xavier Kat constateert in zijn artikel dat de punten van Suckling gemiddeld 2 punten hoger zijn dan bij de andere critici.
Eigenlijk kun je stellen dat er, sinds de opkomst van Robert Parker, begin jaren tachtig, een systeem is ontstaan waarin producenten en importeurs in een soort symbiose met bekende critici wijnen aanprijzen die hoge punten krijgen. Omdat Engelstalige critici over de hele wereld gelezen (kunnen) worden, voeren zij in dit circus de boventoon. Morgen vertrek ik naar Bordeaux voor de primeur-proeverijen. Daar krijgt een select clubje vooraanstaande critici een soort speciale VIP-behandeling. Tja, verschil moet er zijn.
Xavier Kat schrijft ook dat de Wine Spectator er prat op gaat juist niet zoveel hoge scores te geven, en weinig 100 punten. Het is ook zo dat blinde proeverijen met een panel er voor zorgen dat de scores ‘afgevlakt’ worden. Niet ieders smaak is hetzelfde, en de score komt dan eerder uit op een gemiddelde. Dat constateren we ook bij onze eigen panelproeverijen. Dat voorkomt ook dat een bepaald type wijn de hoogste scores krijgt, zoals volle en krachtige wijnen bij Robert Parker.
Ik voelde me erg aangesproken door de opmerking van Neal Martin, die voor Vinous werkt, in het interview dat ik maakte voor #2 van Perswijn. Ik stelde hem de vraag waarom in zijn boek alleen châteaux werden aanbevolen, maar geen scores werden vermeld. Hij hield niet zo van scores, vertelde hij, omdat deze op dat moment een eigen leven gaan leiden. Liever proefde hij een wijn vaker, om dan zijn oordeel bij te stellen.
Een verfrissende kijk in een wereld die steeds meer draait om hoge scores, en die voorbij gaat aan het feit dat het karakter van wijnen en van de proevers sterk verschilt, en dat iedereen zijn eigen smaak heeft. Want daar draait het bij wijn uiteindelijk om.
Ronald de Groot