Overpeinzingen: Klimaatextremen kosten wijnboeren geld - Perswijn
Columns

Overpeinzingen: Klimaatextremen kosten wijnboeren geld

Een van de leukste ervaringen van de primeurweek in Bordeaux is het verblijf op verschillende châteaux, waarbij je rustig aan de keukentafel even de laatste ontwikkelingen kunt bespreken. De laatste dagen voor ons vertrek zaten we in Moulis, op Château Branas-Grand-Poujeaux. De leiding is hier in handen van de Franse Nederlander Arjen Pen, wat het gesprek dan nog weer nét even gemakkelijker maakt.

Veel gesprekken gaan over de lastige markt voor Bordeaux en over de prijsverlagingen die worden voorgesteld. Branas-Grand-Poujeaux behoort tot de middenklasse van Bordeaux. Wijnen die voor een redelijke prijs worden verkocht, maar waar het geld niet met bakken binnenstroomt. En wat binnenkomt, wordt dan ook nog eens geïnvesteerd in de kwaliteit. Dus als de handel van Bordeaux vraagt de prijzen met 30% te verlagen, zoals de afgelopen tijd is gebeurd voor de campagne van de voorverkoop, dan dat is voor châteaux als deze te veel gevraagd.

Eerder overnachtten we op château Yon-Figeac, in Saint-Émilion. Dat was weer een heel andere ervaring. Gedurende de nacht hoorde je geluiden die deden denken aan een helikopter. Molens, klein en groot, werden aangezet om de lucht in beweging te zetten. Net als de afgelopen jaren daalden de temperaturen in een rap tempo richting het vriespunt. En net als elders waren de stokken, na weer een zachte winter, al weer ver uitgelopen. Het ging nét goed, maar dat was elders niet zo. In de Jura ging al 40% verloren door de vorst. Ook bij ons in Limburg was er vorstschade. In de wijngaard van Pietershof werd zo’n driekwart van de stokken door vorst beschadigd.

Maar ook zonder vorstschade zorgt dit voor extra kosten voor de producenten, overal eigenlijk. Want al die propellers, kaarsen en andere hulpmiddelen om de voorjaarsvorst te bestrijden, zijn niet gratis. Ook het personeel is dat niet, zeker niet als er in de nachtelijke uren hard gewerkt moet worden. Zo zorgen de weersextremen niet alleen voor veel problemen, maar ook voor hoge kosten.

Afgelopen week kwam het bericht dat het Cava-huis Freixenet, onderdeel van Henkell, het grootste deel van zijn personeel naar huis wil sturen. Door de aanhoudende droogte in het productiegebied van Cava, Penedès, zijn er niet meer genoeg druiven om de productie van deze mousserende wijn op peil te houden. Ooit leek irrigatie de oplossing, maar door de waterbeperkingen in Catalunya is ook daarvoor geen water meer beschikbaar. Een trieste ontwikkeling, zeker als je bedenkt dat mousserende wijnen een van de wijnsectoren is die het (nog) goed doet.

Ondertussen staan in delen van de Languedoc de wijngaarden zo’n beetje onder water. Ook daar was het de afgelopen jaren heel droog, maar nu komt de regen met bakken naar beneden. Niet alleen hier, maar ook in andere streken, zoals de Bordeaux, is het groeiseizoen begonnen met veel meer behandelingen tegen ziektes dan gewoonlijk, door een combinatie van (veel) regen en zacht weer.

We kunnen moeilijk anders concluderen dan dat het nieuwe, extreme klimaat de wijnproducenten – en niet alleen de wijnproducenten – op veel hogere kosten jaagt. Er gaan meer oogsten verloren en er is veel nodig om meer verlies te voorkomen.

Daar komt dan nog bij dat de markt, zeker voor rood, heel slecht is. In het verleden reageerden de prijzen van bulkwijnen met een forse stijging op het bericht dat er nachtvorstschade was. Als er nu schade is, zie je geen enkele reactie. Dus worden de wijnboeren op geen enkele manier gecompenseerd voor de schade en de kosten. Een verontrustende constatering voor de toekomst van de wijnbouw.

Ronald de Groot

Reageer op dit item

nl Nederlands