De wortelstok is het onderste deel van de druivenplant, waaraan de wortels zitten. De term zou helemaal niet bestaan indien er geen phylloxera in Europa was geweest. Deze plaag, veroorzaakt door de uit Amerika stammende druifluis (Daktulosphaira vitifoliae), vernietigde in de tweede helft van de 19e eeuw en begin 20e eeuw grote delen van de Europese wijngaarden. Want de Euraziatische vitis vinifera bleek niet bestand tegen de druifluis, vooral niet tegen de generaties die op de wortels leven.
Amerikaanse druivensoorten bleken wel resistent –die leven in zekere symbiose met de druifluis– en dus vormden hun wortels de redding voor de kwaliteitswijnbouw met vitis vinifera. Die werd niet meer met eigen wortels geplant, maar geënt op Amerikaanse wortelstokken, ook onderstammen genoemd. En porte-greffes in het Frans, Unterlagsreben in het Duits en rootstocks in het Engels. Pioniers waren de Franse botanisten Planchon en Millardet, samen met de Amerikaanse entomoloog Riley, die ontdekten dat de Amerikaanse vitis labrusca resistent was tegen phylloxera. Succesvoller nog bleken wortelstokken van vitis riparia, vitis rupestris en vitis berlandieri. Die laatste, (her)ontdekt in Texas door Pierre Viala, een professor aan de landbouwschool van Montpellier, was erg belangrijk, vanwege zijn tolerantie van hoge kalkgehalten, zo typerend voor bepaalde wijngebieden in Europa. Wortelstokken zijn veel meer dan beschermers tegen phylloxera. Ze kunnen ook beschermen tegen rondwormen die schadelijke virussen overdragen. En ze zijn van belang voor de groeikracht, het moment van rijping en de opbrengst. Door kruising en veredeling zijn wortelstokken ontstaan die specifiek geschikt zijn voor bepaalde klimaten en bodemtypen. Zo is Richter 110 heel populair in warme, droge gebieden op zure bodems en SO4 (Sélection Oppenheim 4) nog steeds geliefd in koelere, meer vochtige klimaten, ook op kalkhoudende bodems. Er zijn tegenwoordig ook onderstokken die een goede tolerantie van zout hebben, handig in warme, droge gebieden met irrigatie. Hieronder staat een tabel met commercieel verkrijgbare wortelstokken met hun specifieke eigenschappen.
onderstok | ouders/kruising | resistentie tegen | opmerking | |||
kalk | vocht | droogte | zout | |||
Riparia Gloire | riparia | 6% | zwak | zwak | gemiddeld | een van de eerste onderstokken |
101-14 MG | riparia x rupestris | 9% | gemiddeld | gemiddeld | gemiddeld | vroegrijpend, oppervlakkig wortelend |
3309 Couderc | riparia x rupestris | 11% | gemiddeld | gemiddeld | laag/ gemiddeld | goede kwaliteit, kan tegen zure bodem |
Gravesac | 161-49 C x 3309 C | 12% | gemiddeld | gemiddeld | hoog | onderstok voor zure bodems, zand |
1103 Paulsen | berlandieri x rupestris | 17% | gemiddeld | goed | gemiddeld | groeikrachtig, kan tegen zoute bodems |
Richter 110 | berlandieri x rupestris | 17% | gemiddeld | zeer goed | gemiddeld | veel gebruikt in warme, droge gebieden op zure bodems |
5BB (Kober) | berlandieri x riparia | 20% | goed | gemiddeld | gemiddeld | veel gebruikt in gematigde |
SO4 (Oppenheim) | berlandieri x riparia | 20% | goed | gemiddeld | laag | veel gebruikt in koele, vochtige gebieden |
420 A | berlandieri x riparia | 20% | goed | gemiddeld | laag | weinig groeikracht, kan tegen kalk |
140Ru | berlandieri x rupestris | 20% | laag | goed | gemiddeld/ hoog | goed in warme, droge gebieden op kalkbodems |
161-49 Couderc | riparia x berlandieri | 25% | zwak | gemiddeld | hoog | weinig groeikracht, robuust, duurzaam |
41 B | berlandieri x vinifera | 40% | zwak | gemiddeld | zwak | goed tegen kalk, populair in Chablis o.a. |
Fercal | berlandieri x vinifera | 42% | gemiddeld | goed | zwak | hoogste kalkresistentie, relatief recent |
Lars Daniëls