Deficit irrigation is een Engelse verzamelterm voor diverse manieren van irrigatie, waarbij de druivenplanten net genoeg water krijgen om gezond te blijven, te groeien, een economische opbrengst te geven én druiven van gewenste kwaliteit te leveren. Irrigatie is vooral nodig in gebieden met warme of hete zomers, waarin te weinig neerslag valt. Ernstige waterstress (gebrek aan water) is negatief voor de groei en de opbrengst van druivenplanten. Gecontroleerde waterstress is juist positief voor wijnkwaliteit, vooral van rode wijn: het resulteert in minder groei en kleinere druiven, met meer concentratie van polyfenolen en suiker.
Deficit irrigation reguleert de waterstress. Er zijn verschillende typen. Bij sustained deficit irrigation (SDI) krijgt de wijngaard gedurende het hele groeiseizoen net genoeg aanvullend water. Regulated deficit irrigation (RDI) is een praktijk waarbij gedurende bepaalde perioden tijdens de cyclus van de druivenplant watergebrek wordt gecreëerd, om water te besparen en tegelijk de negatieve impact op opbrengst en kwaliteit te beperken. Voor wijnkwaliteit is de belangrijkste periode om RDI toe te passen van vruchtzetting tot véraison. Dan wordt overmatige vegetatieve groei sterk beperkt, terwijl de potentiële opbrengst maar gering af hoeft te nemen. Ook partial root drying (PRD) is een vorm van deficit irrigation. Daarbij krijgt de ene kant van de rij van druivenplanten twee weken lang beperkt water en de andere twee weken de andere kant. Daardoor raakt de plant hormonaal in de war; ondanks flinke waterstress sluiten de stomata (huidmondjes) maar deels, waardoor de fotosynthese doorgaat maar de verdamping uit de bladeren wordt beperkt. Vooral RDI en PRD worden gezien als goede manieren om water te besparen en toch een economische opbrengst te hebben, essentieel in tijden van klimaatverandering.
Lars Daniëls, Magister Vini.