Alarmerende berichten kwamen de afgelopen week uit Catalunya. Het watertekort in deze Spaanse regio is zo nijpend, dat de noodtoestand werd uitgeroepen. Er moesten limieten worden gesteld aan het watergebruik. Per persoon mag dat niet meer dan 200 liter per dag zijn. Ik kan me niet exact voorstellen hoeveel dat is, maar het lijkt me sowieso een flinke inbreuk op je levensstijl. Als je rekent dat je bij het douchen zo’n 6 liter water per minuut verbruikt, kun je het al wat beter inschatten.
De harde realiteit is dat de landbouw in Spanje veel last heeft van het watertekort, maar er zelf ook flink aan heeft bijgedragen. Overal in Spanje zie je tegenwoordig wijngaarden met irrigatie, in streken waar je ook prima zonder kunt. Producenten draaien er graag omheen waarom ze irrigeren. Maar het eerlijke antwoord is dat het in het algemeen puur om de verdiensten gaat. Je produceert meer en kan dat ook beter zelf beïnvloeden. Nu vind ik persoonlijk dat het meer hout snijdt om wijngaarden te bevloeien dan golfbanen, maar in beide gevallen wordt water gebruikt voor het gewin. En er is een belangrijk verschil tussen watergebruik in huis of in een wijngaard of amandelboomgaard. Het water dat in ons riool komt, kan gezuiverd worden en zo kan een (groot) deel worden hergebruikt. Het water dat bij irrigatie wordt gebruikt, ‘verdwijnt’ grotendeels door verdamping. Hetzij direct, hetzij via de planten. In Spanje wordt er al jaren voor gewaarschuwd dat het geïrrigeerde landbouwoppervlak te groot is om duurzaam genoeg water te hebben. Waarschuwingen die weinig hielpen, en nu bewaarheid worden.
Ooit verbaasde ik mij in Spanje over de lage plantdichtheid in de wijngaarden, die toch mooie wijnen opbrengen. Ik was gewend aan de situatie in Bordeaux. Daar staan in de beste wijngaarden 10.000 stokken per hectare, omdat de stokken elkaar dan goed beconcurreren en zo druiven met concentratie opleveren. In Spanje begreep ik later dat er domweg te weinig water was om dat nodig te maken. De waterstress voor kwaliteit kwam niet door concurrentie met andere stokken, maar door de lage regenval. Meer stokken zouden dat evenwicht verstoren. Veel producenten waren echter niet tevreden, omdat de opbrengsten per hectare op die manier altijd laag blijven. Overstappen naar irrigatie zou veel hogere opbrengsten opleveren – en zo geschiedde. Ik zag het gebeuren in bijvoorbeeld Ribera del Duero.
Kees van Leeuwen, professor in Bordeaux en vaste medewerker van Perswijn, stuurde ons afgelopen week een interessant artikel over dit onderwerp. Hierin wordt beschreven dat de oude bush vines van de lokale monastrell in Jumilla kunstenaars zijn in het overleven van grote watertekorten. En dus zonder enige vorm van irrigatie. Van de aanplant van cabernet sauvignon en merlot in de streek, eens behoorlijk populair vanwege de vraag, blijkt 0 procent te kunnen overleven zonder irrigatie. Alleen brengt de monastell niet meer op dan 1500 kilo per hectare. Maar uiteindelijk is hier ruimte genoeg. En stijgt de interesse in wijnen van lokale druiven – gelukkig maar.
Als we de hoge opbrengsten door al die irrigatie plaatsen tegen het enorme overschot aan rode wijnen van dit moment, dan wordt het allemaal nog extra schrijnend. De situatie in La Mancha bijvoorbeeld is een afschrikwekkend voorbeeld. In de afgelopen decennia werd daar op grote schaal irrigatie ingevoerd, met als gevolg een veel hogere productie, zo krijgen we te horen in een reactie van producent Louis Geirnaerdt (Bodem Bodegas, Aragón). ‘Irrigatie is de weg van de minste weerstand. (…) Je kun gemakkelijk hogere rendementen halen. En als je dan die vergrote productie niet kwijt kunt, dan klop je aan bij de Europese Unie voor subsidie om de overschotten te laten vernietigen door distillatie. Zonder na te denken gaat Frankrijk hard hollend het voorbeeld van Spanje achterna: in de Provence, de Languedoc en de zuidelijke Rhône wordt massief subsidie gegeven voor grote irrigatieprojecten.’ De zinloosheid ten top.
Veel producenten op de Spaanse hoogvlakte werken biologisch, maar hebben ook irrigatie. Het is bij consumenten in mijn ogen vaak een misverstand om te denken dat ‘biologisch’ ook staat voor ‘duurzaam’. Dat is simpelweg niet zo. De monastrell, beschreven in het artikel, die is wél echt duurzaam. Omdat de stokken ver uit elkaar staan, en goed geventileerd zijn, zijn ze vrijwel ongevoelig voor ziektes, ook al door de spaarzame regen. Ze zijn dus biologisch, zonder kopergebruik én zonder irrigatie.
Hopelijk is dat de toekomst voor de wijnbouw op de Spaanse hoogvlakte. En hopelijk ziet de Europese Unie in dat het subsidiëren van grote irrigatieprojecten voor wijngaarden puur zinloos is. Je kunt klimaatverandering overal de schuld van geven, maar bij dit soort problemen speelt de menselijke natuur helaas een hoofdrol.
Ronald de Groot
Veel producenten op de Spaanse hoogvlakte werken biologisch, maar hebben ook irrigatie. Het is bij consumenten in mijn ogen vaak een misverstand om te denken dat ‘biologisch’ ook staat voor ‘duurzaam’. Dat is simpelweg niet zo.
Simpelweg niet altijd zo.