Afgelopen week was ik op bezoek in Moldavië. Een bijzonder land, balancerend tussen Oost en West. Dat geldt voor de politiek, maar evengoed voor de wijnen. Als we hier spreken over ‘Oost’, dan wordt al gauw de Sovjet Unie bedoeld, die het land inlijfde in 1940 en het pas weer liet gaan in 1991. Je vindt er nog steeds de relikwieën uit die tijd. Vooral de staatswijnbedrijven, Cricova en Mimestii Mimi, stralen nog nadrukkelijk iets Russisch uit. Ze hebben enorme ondergrondse kelders, met voorraden tot wel 1,5 miljoen flessen, die heel lang in de kelder liggen om helemaal gerijpt op de markt te worden gebracht.
Overal in Moldova wordt ook mousserende wijn gemaakt. Zeer veel zelfs. Hier komt dan het westerse trekje weer naar voren. Als je door die immense ondergrondse gang dwaalt, krijg je op een gegeven moment te horen dat hier de wijnen liggen die zijn gemaakt volgens de ‘méthode champenoise’. Ach ja, dat mocht je vroeger nog zeggen. Maar hier is het nog altijd een beetje vroeger. Iedereen weet natuurlijk meteen wat je bedoelt, en dat is wel zo handig. Het is de kracht van het merk Champagne dat deze wijn overal als voorbeeld wordt gezien van de beste mousserende wijnen, gemaakt met een tweede gisting op fles. En voor de meeste Moldavische mousserende wijnen worden ook nog dezelfde druiven gebruikt: chardonnay, meunier en pinot noir.
Maar ja, dan ga je die wijnen proeven. En dat moet je constateren dat het lang niet op het niveau zit van het ‘echte’ spul. Het is zeker niet iedereen gegeven met dezelfde methode en dezelfde druiven een even goede wijn te maken als in de Champagne. Laten we het anders zeggen. Het is maar weinigen gegeven in de buurt te komen. Het is natuurlijk ook een centenkwestie. Als je je wijnen voor goede prijzen kunt verkopen, heb je meer armslag voor het maken van kwaliteit. Champagnehuizen hebben met veel geduld en een lange adem voorraden opgebouwd, zowel van mooie reservewijnen als van wijnen die op fles jaren in de kelder liggen te rijpen -twee condities voor topkwaliteit. En dan hebben we het nog niet eens over het bijzondere terroir. De noordelijke ligging en de bijzondere, kalkhoudende ondergronden zorgen -nog altijd- voor mooie zuren, essentieel voor de spanning en de balans. Het levert wijnen op met een ongeëvenaarde klasse. Ik besefte dat ik thuis steeds vaker een mooi glas Champagne dronk. Gewoon voor het plezier. Ik begon in Moldova ook sterk naar een mooi glas Champagne te verlangen. Gelukkig ben ik weer thuis, en heb het op gepaste wijze ingehaald. En dan krijgen we op 2 september ook nog onze mooie Champagne-proeverij in het Amstel. Dat wordt helemaal smullen. Voor mij een soort walhalla, al die mooie champagnes.
Heerlijk om weer thuis te zijn.
Ronald de Groot