In Brussel is men er uit wat betreft de toekomst op middellange termijn van de Europese wijnbouw. Min of meer althans. Het hervormingsplan voor de Europese wijnbouw moet worden ontdaan van scherpe kantjes om het door alle ministers van landbouw van de lidstaten aangenomen te krijgen. Na drie dagen onderhandelen kwam voorzitter Portugal met een compromis waar alle grote Europese wijnlanden zich in konden vinden.
In Brussel is men er uit wat betreft de toekomst op middellange termijn van de Europese wijnbouw. Min of meer althans. Zoals te verwachten was, moest het eerder dit jaar voorgestelde hervormingsplan voor de Europese wijnbouw danig van scherpe kantjes ontdaan worden om het door alle ministers van landbouw van de lidstaten aangenomen te krijgen. Na drie dagen onderhandelen kwam voorzitter Portugal met een compromis waar alle grote Europese wijnlanden zich in konden vinden. Een en ander betekent dat Europese wijnsector de komende jaren gesaneerd en geliberaliseerd zal worden.
Toch blijft Europa’s wijnbouw voorlopig nog mijlen ver verwijderd van de vrije marktwerking, zoals die in de wijnlanden buiten Europa min of meer gangbaar is. Maar dat het niet langer door kan gaan met subsidiëring van wijnen waar geen behoefte aan bestaat, dat is wel duidelijk. Er wordt in Europa structureel te veel matige wijn geproduceerd door te veel kleine boeren. In een vrije markt zou dat vanzelf gecorrigeerd worden, maar met subsidies voor distillatie is dit systeem jarenlang in stand gehouden. Vanwege de gevoelsmatige en vermeend cultuurhistorische betekenis van wijnbouw in grote wijnlanden als Frankrijk, Spanje en Italië. Dalende consumptie in die landen zelf en toenemend succes van niet-Europese wijnen hebben geleid tot een poging om de koers radicaal te wijzigen. Het motto van de nieuwe Europese wijnpolitiek: minder maar beter.
Minder rooien
In de allereerste versie van het hervormingsplan werd voorgesteld om in heel Europa 400.000 hectare tweederangs wijngaarden te rooien. Ook al ging het om vrijwillig rooien, het bleek te ambitieus en buiten het protest uit de grote landen gerekend. Al snel werd het te rooien areaal gehalveerd. Uiteindelijk is het nog verder naar beneden bijgesteld naar 175.000 hectare.
Subsidies voor verwerking mostconcentraat en distillatie van onverkoopbare wijnen, evenals zo veel andere landbouwsubsidies een financiële molensteen rond de nek van de Unie, zullen bij wijze van overgangsmaatregel nog iets langer verstrekt blijven worden dan oorspronkelijk voorgesteld, maar in augustus 2012 zal het daarmee helemaal afgelopen zijn.
Versoepeling plantrechten
Eveneens uitgesteld is een versoepeling van de plantrechten. Europa wilde daarmee eigenlijk al in 2013 beginnen, maar het zal pas 2018 worden. Producenten die het goed doen, krijgen dan ruimte voor uitbreiding. Kleine, minder dynamiek tonende telers vrezen dat zij daar het slachtoffer van gaan worden. Enige schaalvergroting binnen de Europese wijnbouw kan beslist geen kwaad, zeker niet wanneer men de concurrentie met effectief werkende producenten in de Nieuwe Wereld aan wil. Ongeveer 71% van alle Europese producenten bewerken minder dan 5 hectare grond. Ter vergelijking: de gemiddelde omvang van een wijngaard in Australië is 50 hectare!
Chaptalisatie blijft toegestaan
Een heikel punt in het oorspronkelijke plan was het voorgestelde verbod op chaptalisatie. Gebruik van mostconcentraat om wijnen aan wat meer alcohol te helpen, zou echter wel toegestaan blijven. Het idee is waarschijnlijk uit de koker van een Italiaanse Eurocraat gekomen, omdat in mediterrane landen als Italië veelvuldig van dit middel gebruik gemaakt wordt. Dit voorstel getuigde alleen van weinig politieke realiteitszin, omdat duizenden producenten in Duitsland, Luxemburg en niet te vergeten grote delen van Frankrijk van suikerbieten afhankelijk zijn. En om wat dichter bij huis te blijven, ook in Nederland is wijnbouw ondenkbaar zonder het hulpmiddel chaptalisatie, alle fraaie kruisingen ten spijt.
Marketing
De Europese wijnbouwpolitiek heeft als kerndoelstelling verbetering van kwaliteit. Om die kwaliteit te communiceren naar potentiële consumenten, mag de wijnsector rekenen op ondersteuning uit Brussel voor marketinginspanningen. Een belangrijke doorbraak bij die communicatie is een versoepeling van wat er wel en niet op etiketten mag staan. Concreet betekent dit dat namen van druivenrassen veel makkelijker op die etiketten vermeld kunnen worden. Onder het mom van ‘terroir’ is dat nu nog in heel wat gevallen verboden. Zie de appellations contrôlées in Frankrijk. Dat dit niet echt helpt bij de herkenning van zulke wijnen, moge duidelijk zijn. Aan die fijne terroirs verandert echter niets, wanneer er een druivenras bij vermeld wordt. Kortom, de markt en consumentgericht denken hebben hun intrede gedaan. Dat is helemaal zo gek nog niet.
René van Heusden